De hazen en andere gedichten(1983)–Ed Leeflang– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 26] [p. 26] Vakantiekolonie Dertien boterhammen had de jongen gegeten; hij mocht boven tachtig kinderen op tafel staan en keek gelukkig in het rond. De zuster zei dat je ook zoveel moest eten; dan ging bronchitis over, want dan kwam je aan. Dat je van heimwee aandrang krijgt stond denkelijk niet in de handboeken. Niet eens misprijzend schept de zuster een natte hoop uit je spijlenbed; 's middags moet je tot je moe wordt rusten. Later zit je naast haar op het strand - ze leest en doodgaan is hier verboden - je wil niet scheppen, de zandvormen van thuis zou je hier liever willen missen, het rondje, de groene, het hartje, de rode. Niet ver uit de kust spelen, op en onder. de scholen bruinvissen. Daar is ook de echte geheimzinnigheid van mooi weer. Alleen op een vage feestdag is bezoek van besluitelozen toegestaan. Waar zullen ze eens met je heen gaan. Als ze je na zes weken halen, ben je niet aangekomen, wel plat gaan praten. Nog eens weken zijn ze daar ongemakkelijk van en tonen zich bedrogen en ontdaan. Vorige Volgende