Bestendige liefde.
In Dalekarlië, eene provincie van Zweden, werd, bij het aanleggen eener nieuwe gemeenschapsgang tusschen twee mijngroeven, het lijk van een' man ontdekt, dat, van vitrioolwater doortrokken, nog volkomen bewaard en in denzelfden toestand als hij het overlijden was gebleven, ofschoon het, aan de lucht blootgesteld zijnde, spoedig veranderde. Men herinnerde zich wel dat, vijftig jaren vroeger, een man daar ter plaatse, bij eene instorting van den grond, was omgekomen; doch niemand kende het lijk, of herinnerde zich den naam des slagtoffers van dit ongeluk. Reeds achtte men alle onderzoek vruchteloos, toen eene op krukken gaande vrouw er bij kwam, en het ligchaam dadelijk herkende voor dat van een' jongman, met wien zij voor een halve eeuw was verloofd geweest. Zij wierp zich op het verstijfde