'm hier, in de zaal. Hij zat verveeld voor zich uit te kijken, wat weggezakt in een rose damasten crapaud.
‘Dag Bob!’ zei ze. Zoals 'ie opvloog! - - ‘Wat doe jij hier?’ had ze geïnformeerd. Hij zei niet veel. 't Was natuurlijk voor die mannequin....
Gemeen, zoals zo'n mens een rijke jongen plukt! Hoe zou ze anders ooit een behandeling in het ‘Bella Monica’ kunnen bekostigen?! En zo'n vent loopt er maar achteraan.
In haar hart is Mimi jaloers op die vrouw. Bob is heus heel charmant. 't Zou best fijn zijn, Bob en Mimi....
Allebei jong, allebei knap, allebei rijk. En nou is daar dat creatuur.... die pasjuffrouw.
Mimi is verliefd op Bob. Ze weet 't nu heel zeker. 't Is net, of je van lichaamsmassage nog verliefder wordt.. Zou dat zo zijn?
Ze moet zich bedwingen om niet hardop te grinniken.
Maar in haar gevoelens voor Bob is die vrouw een belemmering. Want och, al heeft ze nou nog niet veel meegemaakt - ze weet toch het een en ander. En wie zal zeggen, wat er tussen Rafen en dat mens allemaal voorgevallen is?
Je moet aan zulke dingen niet denken, natuurlijk. Ten eerste win je er niets mee, ten tweede is het onaesthetisch.
Maar Mimi kan niet helpen, dat ze zich daar voorstellingen van maakt. Het is zo vervelend, dat Bob zo'n onschuldig gezicht heeft. Daar kun je geen touw aan vastknopen....
Nee, het is en blijft onverkwikkelijk; ellendig, dat ze haar ideeën niet in een andere richting kan drijven.
‘Wilt u zich even omkeren?’ vraagt juffrouw Greta.
Haar gezicht is rood en warm. Mimi wendt haar lichaam.
Ze sluit de ogen. Verbeeld je eens, dat ze nou opkeek en bemerkte, dat Bòb haar masseerde.
De gedachte is raar. Leuk, en toch....
- Ben ik nou onkuis? peinst ze. Wel lollig, zo'n gedachte. Net een borrel. 'n Ogenblik brandt 'ie zo, dat je