Gezelschapsliederen of uitgezochte verzameling van 145 Nederlandsche Zangen en 14 Volksliederen(ca. 1900)–Jb. Kwast– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 32] [p. 32] De verliefde schipper. Lie-ve schipper! vaar mij o-ver, Vaar mij naar gindsch dorpje heen. Ik zal u dit halssnoer ge - ven, Met deez' kos - te-lij-ken steen, kos - te-lij-ken steen. Lieve schoone! 'k vaar niet over Voor een halssnoer of een steen, Neen, voor zulke kleinigheden} bis. Vaar ik naar dat dorp niet heen.} bis. Lieve schipper! vaar mij over, Ik geef nog deez gouden ring En ik weet een aardig liedje,} bis. Dat ik onder 't varen zing.} bis. Lieve schoone! 'k vaar niet over Voor een ring of voor een lied, Neen, voor zulke kleinigheden} bis. Treedt gij in mijn schuitje niet.} bis. Lieve schipper haal mij over Zeg mij, wat uw goedheid vraagt; En ik zal u alles geven,} bis. Alles wat u slechts behaagt.} bis. Mocht ik eens een kusje drukken Op uw zachten rozemond, 'k Voer u naar dat dorpje henen,} bis. Zelfs de gansche wereld rond.} bis. 't Aardig meisje stond verlegen, Sloeg haar oogjes naar beneên. Zij zonk zachtkens in zijn armen} bis. En het varen ging meteen.} bis. Zoo met kussen en met zingen Roeiden zij steeds zachtkens voort, Lagen in elkanders armen,} bis. Door geen weer of wind gestoord.} bis. Vorige Volgende