Weerlicht
(1933)–Albert Kuyle– Auteursrecht onbekend
[pagina 43]
| |
[pagina 44]
| |
[pagina 45]
| |
Jim Mp. kort zijn naam af uit valsche bescheidenheid. De feuilletons, die hij nu vier jaar schrijft voor de ‘Evening-Star’ zijn goed genoeg om niet het blazoen der Mac Phersons te onteeren. Hij is geen man van ‘the happy end’. Als hij er twee bij den kop heeft die elkaar niet verdienen, vinden ze in Jimmy een onverbiddelijk régisseur. Hij heeft één fout: hij laat andere menschen den gang van zaken beinvloeden. Hij liet een meisje uit een waterval redden, terwijl er in een straal van tien kilometer niemand was, alleen omdat ze juist heette als de dochter van zijn portier. En zijn tweede fout: hij gebruikte teveel het woord ‘liefste’. Zelfs de opmakers van de ‘Evening’ noemen hem liefste. Jimmy weet dit niet. En hij is gelukkig. Op 20 Juli is hij aan het 57e vervolg van ‘Jerry's kans’. Hij moet nog drie keer zes kolommetjes leveren. Dan krijgt hij honderd pond, haalt zijn blazer voor den dag en koopt een enkele reis voor een drukke badplaats. Om vier uur des middags steekt hij de 21 bloc-note velletjes in een roode enveloppe en wandelt naar de redactie om ze af te geven. Het is de copie voor morgen. Hij denkt loopend aan Jerry's eind. Jerry lijkt verdacht veel op hem zelf, maar dat weet niemand, behalve Phoebe. En dat die het weet, weet Jimmy niet, al kent hij haar nu twee jaar. Phoebe staat in een groene kiosk op den hoek van de square. Ze ver- | |
[pagina 46]
| |
koopt Jimmy elken dag een ‘Evening-Star’ en een postzegel, die Jimmy beide naar een zuster in Sussex stuurt; de eenigste van zijn familie die zich voor zijn litteraire loopbaan interesseert. Jim praat elken dag met Phoebe. Ze heeft witte tanden en ook wel een lief gezicht. Jimmy denkt dat ze niet in een krantenkiosk thuis hoort; ze heeft smalle witte handen en ze praat met een tikje zachtheid in haar stem. Over drie dagen begint de vacantie. Dan loopt een maand lang een vertaling in Jim's heilige zes kolommetjes. En Jim loopt in een blazer zijn honderd pond op te maken. Eigenlijk is hij vandaag triestig. Het duurt nu al vier jaar. En toch droomt hij soms van het witte boek dat hij eens schrijven zal. Een 9 shilling boek, dat in de groote pers besproken zal worden. Hij begint er soms aan. Als hij den titel heeft staan, ziet hij hoe het tafellaken vol kruimels ligt en hoort hij de kraan lekken. Dan draait hij het papier om en vergokt in het zoo- en zooveelste vervolg Jerry's en zijn eigen kans. Jim heeft de roode enveloppe in de bus laten glijden; over het een-acht en vijftigste gedeelte van Jerry's lot is beslist. Als hij de square afwandelt ziet hij in de verte Phoebe's gezicht tusschen de magazines. Zijn postzegel en zijn krant liggen op de plank als hij stil staat. Jim zegt goeden avond en ziet hoe Phoebe twee dansende krulletjes weg strijkt. Phoebe veegt het geld in de lade. ‘Dat | |
[pagina 47]
| |
moest u toch niet doen, mijnheer Jim’, zegt ze, ‘zoo gaat Jerry zijn ondergang tegemoet’. Jim denkt even na. Hij heeft juist Jerry in de bus en nog dieper naar den ondergang laten glijden. ‘Tja, het is niet zoo makkelijk voor een jongen als hij’, zegt Jim. ‘Er zou iemand moeten zijn die voor hem zorgde’, zegt Phoebe en ze helpt een klant aan een ‘Punch’. Jim doet het bandje om de krant en likt aan de postzegel. ‘Jongens als Jerry worden door niemand geholpen’, zegt hij somber. Hij voelt zich Jerry's voogd, wader en broer. Zijn lotgenoot. Als hij wegwandelt hangt zijn rotting slap aan zijn arm. ‘Geef hem nog een kans’, smeekt Phoebe hem achterna. In het 59e vervolg van ‘Jerry's kans’ komt er eenig licht. Er komt een vriendin van een vriendin van Jerry's moeder, die piano speelt en trekcaramels kan bakken. Zij gaat met Jerry roeien. - ‘Bij de bocht van de rivier begon Jerry haar te vertellen van zijn moeilijkheden’. - Wordt vervolgd, staat er onder dien regel, en Londen smacht naar het verdere gebeuren op de bocht van de rivier. Als het uur van krant en postzegel weer heeft geslagen, kleurt Phoebe al in de verte als de tomaten op den omslag van de ‘Saturday Evening’. ‘Zou zoo'n jongen als Jerry werkelijk een kans | |
[pagina 48]
| |
kunnen maken’ zegt Phoebe, en ze kijkt alleen naar de kranten die ze ordent. ‘Tja, dat zijn moeilijke dinge’, zegt Jim. ‘De meisjes zijn zoo veeleischend’. ‘Toch niet tegenover iemand, die ze werkelijk liefhebben’, zegt Phoebe met overtuiging. ‘Hij zou het kunnen probeeren’. Jim's rotting tikt tegen het trottoir als hij wegwandelt. In de krant van de avond daarna is Jerry terug van den roeitocht en vol hoop. Hij zal haar gaan vragen zijn moeilijkheden te deelen, zijn liefde te plukken als een bloem die alleen voor haar groeide. En Londen siddert als onder den laatsten regel ‘slot volgt’ staat. Jim komt om kwart voor vijf aan de kiosk. Hij is in kennelijk reis-tweed, draagt een geele leeren koffer en heeft een anjer in zijn knoopsgat. Phoebe legt de krant en den postzegel voor hem neer. Haar neus trilt. ‘Gaat u op vacantie?’ vraagt ze mat. ‘Ja’, zegt Jim. Hij kijkt als iemand die voor de leeuwen geworpen is, maar vertrouwt op de kracht van zijn armen. ‘Ik heb die krant niet noodig’. Phoebe legt de krant weer op de stapel. ‘Ik kom jou halen’, zegt Jim; hij neemt zijn koffer weer op. ‘Ik ga je aan mijn zuster in Sussex laten zien’. Phoebe staat bewegingloos. Haar gezicht begint langzaam te stralen; een lamp die pas is aangestoken. Zij maakt haar schort los en drukt haar hoed op het hoofd. Zij maakt volle gebaren, | |
[pagina 49]
| |
als ‘star’ -de ze in een film. Zij sluit de kiosk en geeft den sleutel aan Jimmy. Hij draagt den koffer links en heeft zijn rechterhand op haar arm gelegd. Phoebes hakjes tikken enerveerend naast zijn walk-over's. Hij slaapwandelt in het succes. Zij bussen naar het station; er gaat een trein over vijf-en-twintig minuten. Jim koopt het avondblad van de ‘Evening Star’. Hij vouwt het niet open, mar geeft het Phoebe. Als zij in de hoek van de coupé zit, begint ze te schreien. Het klinkt schokkend en hartbrekend. Jim sust haar met klapjes op haar hand en zachte woorden. Dan vouwt hij de ‘Evening’ open tusschen hen en de dikke juffrouw tegenover. Hij houdt zijn Chief-Whipgeele vingers bij de laatste feuilleton-kolom. ‘Slot’, ziet Phoebe door haar tranen heen. En dan leest ze: ‘Zou je me dan willen helpen, liefste?’, vroeg Jerry. ‘Ik ben alleen voor jou, Jerry-lief!’ zeide zij’. En terwijl Phoebe nog las: ‘... de eerste kus’, voelde ze Jim's koele wang langs haar krullen, en zijn lippen vast en warm op haar gezicht. ‘Slot’, zei Jim triomfantelijk. En toen hij Phoebe's hoofd tegen zijn schouder voelde, hoorde hij achter de ‘Evening’ hoe de dame hoestte. |
|