Bij de prijs van zoo'n kopje koffie gaat men mijmeren over geld, salarissen, levenskosten hier en elders. Het bureau voor de statistiek in Rome heeft pas gepubliceerd dat de kosten van het levensonderhoud in Europa nergens zoo gedaald zijn als in Italië. Maar dat mag dan ook wel, als men in hetzelfde avondblad leest dat door de Algemeene Rekenkamer in Rome een directeur wordt gezocht tegen het formidabele salaris van in ons geld nog geen drieduizend gulden. Een oppervlakkige steekproef maakt duidelijk dat het gewone loon van een arbeider in vaste dienst hier maar een kleinigheid méér (en vaak een kleinigheid minder) bedraagt dan in Holland de uitkeering aan een werklooze met vier kinderen.
Waarmee ik volstrekt niets zeggen wil, en zeker niet dat dus de Hollandsche werkloozen zich als uitverkorenen dienen te beschouwen.
Het verklaart alleen maar waarom men hier zoo sober, zoo uitermate sober leeft, en waarom een Italiaan een gezicht zet als had hij zoo juist de millioenenprijs van de Lotteria di Tripoli getrokken, wanneer hij zijn kopje sterke koffie drinkt.