Het land van de dorst
(1935)–Albert Kuyle– Auteursrecht onbekend
[pagina 23]
| |
officieele en officieuze organisaties in beslag namen. Ik wil niet ontkennen dat het Balilla-pakje de kleine jongens verduiveld aardig kleedt, en dat de avantguardisti slanker, leniger en sportiever lijken in hun zwart diavolo-complet. Maar waarom ook al die mantelpakjes voor de vrouwen-organisaties, voor de meisjes althans? Dat is toch een vreemde toegeeflijkheid in het regiem ten opzichte van de jongere vrouw. Het door mij zoo bewonderde devies van ‘terug naar kamer en keuken, mond toe in het openbare leven’ wordt hier ernstig geschaad. En of het politiek-propagandistisch wel veel waarde heeft? In de padvinderij doet toch ook de akela min of meer lachwekkend aan voor | |
[pagina 24]
| |
wie met de liberale reactie van de vrouwen-emancipatie gebroken heeft. En hier blijft dat hetzelfde. Voor de jonge mannen is het iets totaal anders. Ik val met mijn neus in een campagne voor de ‘disciplina stradale’, en men krijgt werkelijk bewondering voor de tact en de onuitputtelijke vriendelijkheid, waarmee de geuniformeerde knapen het in verkeersopzicht zoo losbandige Italiaansche publiek eenig begrip van links en rechts en oversteken pogen bij te brengen. Het feit, dat zij nuttig en tot op zekere hoogte noodig zijn, geeft hun een blij en opgewekt gezicht, het maakt zelfs dat ze iets stralends in de oogen hebben, iets dat de supporters van een voetbalwedstrijd hun mogen benijden. |
|