Limburg gestaan zou hebben, in Sjilvend (Schinveld), Sjummert (Schimmert), en het is vereeuwigd in een Valkenburgs carnavalslied. Daar heeft het overigens niet die dreigende betekenis. Smeets is er een echte bakker, halverwege twee uitgaanscentra, en daar kon je huidvleisvlaai krijgen (vla van hoofdkaas, zult), want die geeft eine duchtige baom in 't lief (bodem in de maag).
Het echte bakkes is waarschijnlijk niet van Smeets maar van Schmitz en heeft in Keulen gestaan, wordt aldaar beweerd. Om precies te zijn: in de Severinstrasse op nummer 5. Even verder lag de Severijnstoren. Misdadigers die als straf in het openbaar gegeseld werden, moesten van de Frankenturm naar die van Severinus lopen. Waren ze het bakhuis van Schmitz voorbij, dan hadden ze hun tortuur zo goed als overleefd. Volgens het woordenboek van Aken konden beulen je voorbij Schmetz Backes niets meer maken.