Twente
(1971)–E.H. ter Kuile– Auteursrechtelijk beschermdBorne.Ga naar margenoot+ wapen: In azuur een bijenkorf van goud, vergezeld van drie bijen met uitgespreide vleugels, eveneens van goud. | |||||||||
Borne.
| |||||||||
[pagina 17]
| |||||||||
Afb. 5. Borne. Ned. Herv. Kerk. Plattegrond en doorsneden.
| |||||||||
[pagina 18]
| |||||||||
Ga naar margenoot+ plattegrond (zie afb. 5). De kerk bestaat uit een toren (XV A), een tweebeukig schip van drie travéeën (± 1480), en een smaller, eenbeukig koor (XV A), van één travee met een sluiting bestaande uit vijf zijden van den regelmatigen achthoek, welke deelen alle in één as liggen, zoodat de zuilen, die de beide beuken van het schip scheiden, midden voor het koor zijn geplaatst. Aan de Noordzijde van het koor bevindt zich een sacristie (± 1500). Ga naar margenoot+ Alle deelen van het gebouw zijn opgetrokken van baksteen, waarvan de formaten overal wisselen tusschen 0,245 × 0,12 × 0,05 en 0,265 × 0,13 × 0,06 M. Ga naar margenoot+ uitwendig (zie pl. VII). De toren is voorzien van Bentheimersteenen plint, lijsten, profielstukken en vensterharnassen. Hij bestaat uit drie geledingen, gescheiden door waterlijsten, en wordt gedekt door een hooge, ingesnoerd achtzijdige spits. In den Westgevel bevindt zich gelijkvloers een diepe spitsboognis, die een vlak afgedekten ingang en een daarboven gelegen spitsbogig venster omlijst. De galmgaten in de derde geleding worden geflankeerd door spitsboognissen, die geheel in ongeprofileerde baksteen zijn uitgevoerd. De baksteenen muren van schip en koor met hun eensversneden schuin afgedekte steunbeeren rusten op een Bentheimersteenen plint. De vensters vertoonen afgeschuinde dagkanten en zandsteenen harnassen, die bij de restauratie werden aangebracht naar het eenige oorspronkelijke voorbeeld, dat toen nog aanwezig was in het Zuidervenster van de rechthoekige koortravée. In de midden-veelhoekszijde van de koorsluiting, onder het venster, een rechthoekige, in zandsteen omlijste opening, die aan de binnenzijde later is dichtgemetseld (zoogen. hagioscoop). Bij de restauratie is deze opening aan de buitenzijde weer afgesloten met een draaibaar ijzeren traliewerk, gelijk oorspronkelijk ook aanwezig moet zijn geweest. De middentravée van het schip is aan Noord- en Zuidzijde voorzien van ingangen met zandsteenen lateien. Ga naar margenoot+ inwendig (zie pl. VIII-X). De gelijkvloersche ruimte van den toren, overkluisd door een kruisribgewelf op geprofileerde draagsteenen, staat door een spitsboog in verbinding met het schip der kerk. Een trap in den Zuidmuur, toegankelijk in de kerk en sinds de restauratie ook uitwendig, leidt naar de eerste verdieping; van daar voert een gekuipte eiken spiltrap naar de tweede verdieping. De beide beuken van het schip worden gescheiden door twee zandsteenen zuilen met geprofileerde bases en kapiteelen, op welke de schei- en gordelbogen en de ribben der gewelven ontspringen. Tegen de wanden komen de ribben neer op muurschalken met grof geprofileerde kapiteelen; aan weerszijden van den triomfboog op geprofileerde draagsteenen. Op een der schelpen van het Zuidwestelijk gewelfvlak is een huismerk geschilderd en in gothieke minuskels: ‘anno dni mcccclxxii’. De sluitsteen van het Zuidervak der middentravée is versierd met een ingehakt wapenschildje. De gewelven van het koor ontspringen op muurschalken, die veel overeen- | |||||||||
[pagina 19]
| |||||||||
komst hebben met die van het schip. Het venster in den Noordwand der eerste travée is bij den bouw der sacristie dichtgemetseld. Onder de vensters van de drie middenvakken der koorsluiting zijn segmentboognissen uitgespaard. De ribben van het gewelf der sacristie loopen in de hoeken te niet. Gedeelten der wanden en gewelven van schip en koor vertoonen beschilderingenGa naar margenoot+ (± 1500): In den doorgang tusschen toren en schip ziet men aan de Noordzijde een Renaissance cartouche met onleesbaar vervaagd opschrift. Op den Noordwand van het schip, voorstellingen van Christus in de Voorhel, den H. Georgius met den draak, den H. Antonius Abt en den H. Rochus; op den Oostwand van het schip, Noordelijk van den triomfboog, de Boom van Jesse (pl. IX) en aan de Zuidzijde van den triomfboog de H. Maagschap; op den Zuidwand van het schip, links van het middenvenster, een vervaagde voorstelling met onleesbare opschriften. Op het gewelf van de koorsluiting is Christus als Rechter verbeeld, geflankeerd door de H. Maagd en Johannes den Dooper (pl. X, no. 1), in het dichtgemetselde venster aan de Noordzijde van het koor de H. Christoforus met een geknielden donateur aan elke zijde, nl. links een man en rechts een vrouw, boven welke laatste figuur men een kerkgebouw ontwaart, waarvóór een monniksfiguur, alles sterk beschadigd. Aan weerszijden van de vensters der koorsluiting vindt men vervolgens de apostelen Petrus, Paulus (pl. X, no. 2 links), Andreas (pl. X, no. 2 rechts), Jacobus Major (pl. X, no. 3 links), Johannes (pl. X, no. 3 rechts), Philippus en een niet te identificeeren apostel. Verder treft men op de muren van het koor eenige wijkruisen aan, half verdwenen opschriften in rood en zwart krijt (prins, blz. 32, no. 21 en 22) en op den Zuidwand der sacristie het jaartal 1613. bouwperioden. Het koor en de toren dagteekenen waarschijnlijk uit de eerste helftGa naar margenoot+ der 15de eeuw; het schip, later tusschengevoegd, zal, blijkens het opschrift 1482 op het Zuidwestelijk gewelfvlak, omstreeks dat jaar zijn opgetrokken. De sacristie, het jongste deel, moet dan uit 1500 of het begin der 16de eeuw dateeren. Tot de kerk behooren de navolgende meubelen en andere voorwerpen: Altaarsteen (XV), die, geplaatst op een gemetseld voetstuk, thans in de voorm.Ga naar margenoot+ sacristie als tafel dienst doet. Preekstoel (± 1600, pl. XI, no. 1) van fijnkorrelige zandsteen, waarschijnlijkGa naar margenoot+ Westfaalsch werk. De achtzijdige kuip met Jonische zuiltjes op de hoeken en Nederduitsche bijbelteksten op de paneelen, rust op een ronden voet. Grafzerk (pl. XI, no. 2), rechtopgezet in den N.W.hoek van het koor. TweeGa naar margenoot+ spitsboognissen omlijsten de figuren van een geharnasten ridder en een edelvrouw, beiden in biddende houding. De zerk vertoont verder afgesleten traceeringsmotieven en de sporen van acht uitgebroken metalen wapenschilden, alles omlijst door een randschrift in gothieke minuskels ter gedachtenis aan Johannes van Weleveld † 1526 en Wilhelmina van Rutenborch † 1525 (zie prins, blz. 29). | |||||||||
[pagina 20]
| |||||||||
Een aantal grafzerken (XVa-XVII), grootendeels schuilgaande onder stoelen, banken, vlonders en verwarmingstoestellen (beschreven bij prins, blz. 29 vlgg.).Ga naar margenoot+ Zandsteenen epitaaf (± 1600) met Latijnsch inschrift betreffende het geslacht Schele (prins, blz. 29 no. 4), bij de restauratie van de kerk in den Noordmuur van het koor geplaatst. (Voor de herkomst zie hieronder bij ‘Wapensteenen.’) Zandsteenen epitaaf met Latijnschen herdenkingstekst voor Agnes en Wilhelmina Schele, beiden overleden in 1601 (prins, blz. 28 no. 1.). Ga naar margenoot+ Drie wapensteenen (XVIIa), fragmenten van grafmonumenten, waarvan de grootste de wapens-Schele en -Ripperda vertoont (pl. XI, no. 3), en de kleine met de wapens-van Twickelo en -van Middachten zijn versierd. Deze drie steenen, evenals eerstgemelde epitaaf, zijn waarschijnlijk oorspronkelijk afkomstig van gedenkteekenen uit de kerk te Borne; zij werden in 1908 bij gedeeltelijke afbraak van de R.K. Kerk te Zenderen gevonden, (zie Bulletin Oudheidk. Bond, 2de serie no. I, blz. 164/165) en zijn bij de restauratie in de nis onder het middenvenster der koorsluiting ingemetseld. Ga naar margenoot+ Een vak gebrandschilderd glas (XVII) in het middenvenster van den Zuidbeuk, voorstellende een ridder met het wapen van Enschede, is bij de restauratie aangebracht als wellicht oorspronkelijk uit de kerk van Borne afkomstig. Ga naar margenoot+ Twee psalmborden (XVIII B). Ga naar margenoot+ Zandsteenen offerblok (± 1500), sterk opgehakt (zie versl. en meded. o.r.g. XLIV (1931), blz. 64 vlgg.). Ga naar margenoot+ Zilveren avondmaalsbeker (XVII A), hoog 19,5 cM., met gegraveerde voorstellingen van de vier evangelisten in medaillons, en een bovenrand van vruchtfestoenen. Onder den voet het zeer versleten opschrift: ‘Bornsche kerkenbeker’. Merken: letter V. en eenige onduidelijke teekens. Twee zilveren avondmaalsbekers, elk hoog 11,5 cM., met de gegraveerde wapens-van Hambroick en -van Rhöder, alsmede het jaartal 1765. Merken: elk een gaande leeuw, een schopje en jaarletter N. Tinnen avondmaalskan hoog 42 cM., met onderschrift ‘kerk te Borne Ao 1828’, alsmede twee tinnen borden (XIX A). Ga naar margenoot+ Een gothieke gesmeed-ijzeren kaarsenkroon in bandvorm (XV?), en eenGa naar margenoot+ koperen zandlooper, vroeger aan den preekstoel bevestigd, bevinden zich in bruikleen in de verzameling van de Oudheidkamer ‘Twente’ te Enschede (zie blz. 56).
Ga naar margenoot+ Drie klokken, te weten:
1. Klok van 112 cM. middellijn met opschrift in gothieke minuskels: Jhesus · Maria · Johannes · Stephanus · ano dni mcccclvii.
2. Klok van 124 cM. middellijn met opschrift: GOSSEN HEIDENRICK SCHELE AGNES A SCHADE FROW THO WELVELT. ANTHONY V HOVEN RICHTER THO BORNE. F. HEMONY ME FECIT ZUTPHANIAE Ao 1645, en op het lijf de wapens-Schele en -Schade.
3. Klok van 96 cM. middellijn met opschrift: GOSSEN HEIDENRICK | |||||||||
[pagina 21]
| |||||||||
SCHELE TOT WELVELT ENDE VENNEBRUGGE. JAN FREMI ME FECIT Ao 1676, en op het lijf het wapen-Schele en twee engelkoppen.
DE SYNAGOGE DER NEDERLANDSCH ISRAELITISCHE GEMEENTEGa naar margenoot+ is een onbelangrijk zaalgebouwtje van 1842. Tot den inventaris behooren: Twee voorhangsels (1842), onderscheidenlijk van rood en zalm-kleurig fluweel. Twee koperen kaarsenkronen (XIX A), elk met twee rijen van 6 armen. Gegoten koperen kandelaar (XVIII?), hoog 23 cM., met vetvanger te halver hoogte van den stam. Veertien gegoten koperen kandelaars (XIX A), hoog 27,5 cM., welke in de banken zijn geschroefd. | |||||||||
Particuliere gebouwen.
JODENKERKHOF. Aan den Ouden Deldenschen Weg, juist bij de grensGa naar margenoot+ der gemeente Hengeloo, ligt het in 1848 buiten gebruik gestelde kerkhof der Joden van Borne, Delden en Hengeloo. Binnen de met zandsteenen posten afgeperkte ruimte bevinden zich drie grafsteenen, waarvan twee met Hebreeuwsche gedichten, ondersch. van 1776, 1779 en van later datum (XIXb). | |||||||||
Bornerbroek.De ROOMSCH-KATHOLIEKE KERK van den H. Stephanus is een modernGa naar margenoot+ gebouw, tot welks inventaris de volgende voorwerpen behooren: Zandsteenen doopvont (XIXa), welker kuip wordt gedragen door een boomstamGa naar margenoot+ om welke een slang zich kronkelt. Twee koperen kaarsenkronen (XVIII), de één met twee rijen van 6 armenGa naar margenoot+ en de ander met één rij van 6 armen. Klok van 69 cM. middellijn met opschriften, te weten om den bovenrand:Ga naar margenoot+ ‘S. JOHANNES BAPTISTA MARTIR MAGNU (sic) ET EREMI CULTOR’ | |||||||||
[pagina 22]
| |||||||||
en om den onderrand: M. DERICH BERGH KLOKENGEISER (sic). ME FECIT ANNO 1701. Op het lijf het wapen-van Hövell met onderschrift: ALEXANDER PHILIPPUS DE HOVEL DOMINUS IN CÖERDE. | |||||||||
Hertmen.Ga naar margenoot+ De ROOMSCH-KATHOLIEKE KERK van den H. Stephanus is een modern gebouw tot welks inventaris de volgende voorwerpen behooren: Ga naar margenoot+ Kuip van een preekstoel (XVIIId), zeshoekig met gewrongen kolommen aan de hoeken, op een modernen voet. Ga naar margenoot+ Koperen kaarsenkroon (XVIII), met twee rijen van 6 armen. Twee gegoten koperen kandelaars (XVIII), hoog 41 cM., met driehoekige voeten op ballen. Ga naar margenoot+ Verguld zilveren miskelk (± 1400, pl. XI, no. 4), hoog 18 cM. De ronde stam is versierd met gegraveerde spitsbogen en voorzien van een zeszijdigen nodus, op elk van welks facetten een gothieke majuskel is gedreven, die tezamen den naam ‘Jhesus’ vormen. De ronde voet, die in zes punten uitloopt, vertoont in relief een kruisbeeld, geflankeerd door de wapens-Hondeberg en -van den Clooster. Johan Hondeberg, in 1398 met het goed Singraven beleend, huwde in 1379 met Agnes van den Clooster, die, vóór hem, in 1409 overleed. Deze bijzonderheden danken wij aan W.H. Dingeldein te Denekamp en Prof. Dr. A. Döhmann te Burgsteinfort, die ons vriendelijk inzage verleenden van het manuscript hunner geschiedenis van Singraven, welke in 1934 zal verschijnen. Ga naar margenoot+ Even ten Zuiden van de kerk bevindt zich een oud spiker (XVIII) van vakwerk met baksteenvullingen, gedeeltelijk verbouwd. | |||||||||
Zenderen.Ga naar margenoot+ De HONDEBORG, gelegen aan de Azelerbeek, is een kleine ronde heuvel, omgeven door een gracht. Wij betwijfelen, of dit een Saksische burcht uit de vroege Middeleeuwen is geweest, gelijk men wel heeft aangenomen (aldus ter kuile, Havezathen, blz. 17), en houden dezen omgrachten heuvel voor de plaats, waar oudtijds het adellijk huis Hondeberg heeft gelegen, dat in 1387 een leen van de kerk van Utrecht wordt genoemd (tijdr. reg. Aanhangsel blz. 154) en werd bewoond door het dienstmansgeslacht-van Hondeberch (tijdr. reg. V, blz. 373). Omstreeks 1840 is de hoogte eenigszins ‘verlegd’ en heeft men er een nog bestaand boerenhuis op gebouwd (Zie van der aa, Aardr. Woordenboek, in voce ‘Hondeborg’).
Ga naar margenoot+ De ROOMSCH-KATHOLIEKE BIJ-KERK van den H. Stephanus is een onbelangrijk zaalgebouw van 1798, verbouwd in 1908, waarin zich een koperen | |||||||||
[pagina 23]
| |||||||||
kaarsenkroon (XVIII) bevindt, met twee rijen van zes armen. Voor fragmenten van epitafen en grafmonumenten, bij de verbouwing der kerk in 1908 gevonden, zie onder ‘Borne’, blz. 20. |
|