Mijn leven
(1877)–Mina Kruseman– AuteursrechtvrijMej. Elize Baart.
| |
[pagina 259]
| |
ook te veel geschreven? Of gesproken van eenGa naar voetnoot1 vrije lezing? Dan gaan die arme zalenlui aan 't denken, raadplegen, enz. enz. en, omdat alle stoffels bang zijn voor al wat vrij heet, heb je 99 kansen tegen 100 dat ze je, uit pure poltronnerie, beleedigen om je uit de voeten te houden! Mij dunkt als je eenvoudig getelegrafeerd had, zoo als ik altijd deed, dat ze dan geen tijd gehad hadden om aan afschrijven te denken. Wees voorzichtig. ......................... denk aan de schermen van verleden winter en blijf zoo veel mogelijk aan 't voetlicht vóór de schermen en naast 't luik van 't souffleurs-hokje, dáár ben je altijd veilig. Vergeet ook 't Noorden niet; als je bang bent voor karretjes en bootjes, dan heb je toch altijd nog Winschoten, Franeker, Harlingen enz. enz. ......................... Als je op je reizen iets van Hélène mocht hooren, schrijf 't me dan eens, want ik vind dat dood-houden apokrief. Ja, telegrafeer of schrijf me eens uit Delft of Groningen. Weet je dat ze dáár aan 't haspelen zijn geweest over een eigen tooneeltroep? Mijn idée van verleden jaar! Ils en sont dignes, die arme Noordeners, die meer artistiek gevoel in hun pink hebben, dan de Olanders in hun heele ziel! Zeg toch eens aan Lucie dat ze niet zoo gedécourageerd in eens een punt achter haar vertaalwerk moet zetten; als ze toch vertalen wil om zich te oefenen, laat haar dan liever zoo spoedig mogelijk het vertaalrecht aanvragen, en haar boek zien te verkoopen vóór dat ze zich moeite geeft voor niet. En mocht de uitgever tegen dit werk wezen, laat zij hem dan liever verzoeken hier iets optegeven dat hij graag vertaald wil hebben, zóó bereikt zij haar doel en werkt ze niet voor anderen uitsluitend. Hoe gaat het toch met Marie? Studeert zij nog geduldig voort, een les in de hand, een les in de toekomst! een boeken-bestaan van a tot z, werken zonder te leven, en hopen zonder kans op geluk! Laat zij toch naar Indië gaan............. zij zou dáár van het leven kunnen genieten, terwijl zij hier dood gaat van sufheid, als 't niet van vermoeidheid is. Vergeet vooral niet te Delft naar de familie G. te gaan. Zeg ook aan Lucie dat zij nu vrij is de schoone vellen van haar stukje te verkoopen voor Indië aan den opvolger van Kolff, zij moet hem maar zelf vragen wie dat is, hij woont te Haarlem, dat is al wat ik er mij van herinner. Revers weet niet eens dat haar stukje in mijn boek komt en heeft dus niet het minste recht van tegenstribbelen. .........................
Mina. |
|