Mijn leven

[p. 296]

Den Generaal Krüseman.
Amsterdam, 28 Nov. '74.

.........................

Verontrust u toch niet over het courantengeschrijf, 't beteekent niets, als dat er vele vijanden noodig zijn om één vrouw van talent uit de voeten te krijgen! Vergeefsche moeite! Na al 't geschreeuw, ben ik eergisteren weer opgetreden met denzelfden ‘Meester Kritiek’, om er nog wat meer kracht aan bij te zetten, heb ik er een voorwoordje aan toegevoegd, dat op den man af vinnig was, en mijn vijanden hebben dat woordje geslikt, zwijgend, zonder eenige contra-manifestatie, en na de lezing heeft 't Publiek mij geapplaudisseerd en teruggeroepen! Heel Amsterdam is in oproer! De allergemeenste couranten-artikelen van Meester Kritiek hebben mij meer goed gedaan dan zijn lauwe éloges mij hadden kunnen doen; alle tooneeldirecteurs willen mij engageeren en in den Haag kan ik zelfs reeds klaar komen voor den volgenden winter; dit is met recht een fiasco met hindernissen. Gisteren heb ik compleet receptie gehouden; van half tien's morgens af heb ik bezoeken gehad van menschen die raad kwamen vragen, opinie over tooneel, tooneelschool, enz.; jonge lui die zich aan kwamen bieden om onder mijn leiding op te treden enz. enz.

.........................

Vertel ook niets aan ***, want om mijn doel te bereiken moet de groote Men niet weten wáár mijn kracht eigenlijk zit.

Om Jenny te schrijven heb ik geen tijd, laat zij zich maar met de courantennieuwtjes amuseeren!

Mina.

Aan Dr. W.J.A. Huberts.

Antwoord op een aanvraag om inlichtingen voor het Biographisch Woordenboek¹ der Noord- en Zuid-Nederlandsche Letterkunde.

Naam en voornamen voluit geschreven. }	Behoorlijk ingevuld.
Plaats, jaar en dag van geboorte. }	Behoorlijk ingevuld.
Vroegere en tegenwoordige betrekkingen. } Letterkundige geschriften, zoo mogelijk chronologisch, met plaats en jaar van uitgave. }	Gelieve dit alles te vragen aan de Nederlandsche dagbladschrijvers, die veel meer van mijn leven afweten dan ik, en ook een veel aardiger verzameling tegenstrijdige inlichtingen kunnen bijeenbrengen dan ik in staat ben te doen. Meester Kritiek zal u behoorlijk inlichten.

1 Ik geloof niet aan biographiën en zou dus 't liefst in dit woordenboek niet genoemd worden.