Mijn leven
(1877)–Mina Kruseman– AuteursrechtvrijMej. Lucie Baart. Middelburg.
| |
[pagina 266]
| |
‘Je ne sais pas,’ en hij doet de deur open en gaat weg, de straat op. Met die boodschap kom ik bij Mina. Dadelijk naar den journal, met verzoek om de volgende annonce of réclame te plaatsen. ‘Quand le Conservatoire Royal de Bruxelles s'ouvrira-t-il? Et où dois-je me rendre pour profiter des cours?’ Ik kom bij het bureau. ‘Inutile de placer ça. Je ne puis pas placer de telles choses.’ En wat ik ook zeide, en vroeg, en sprak van alléén staan en alleen zijn! er was niets aan te doen, ze wilden het niet plaatsen. Toen weer naar Mina, die op dit oogenblik ook niets wist te doen. Intusschen gaat er weer een dag voorbij en den volgenden morgen ben ik weer aan 't conservatoire om te vragen wanneer de lessen beginnen. Weer een half uur, voordat Gevaert komt. ‘Monsieur, à quelle heure et quel jour le conservatoire s'ouvrira-t-il?’ ‘Je ne sais pas. Il ne faut plus revenir. Je vous écrirai bien quand il sera ouvert, alors vous pouvez-vous présenter pour un examen d'admission.’ ......................... .. en de deur wordt dicht geslagen. Ik was woedend! Zoo ga ik naar Mina, die er dadelijk raad op weet. We gaan samen naar de redacteurs van l'Etoile Belge en l'Office de publicité. Vertellen het gebeurde en wat de heeren bedienden weigerden, daar zullen de heeren redakteurs een aardig verhaaltje van maken, waardoor Gevaert een leelijke poets gespeeld wordt voor het Brusselsche publiek. De redacteur heeft mijn naam opgeschreven, heeft mijn brief (admissie) van den minister gelezen, heeft de namen van Gevaert en den secretaris opgezet, en heeft beloofd er over te zullen schrijven, zonder dat het mij een cent kost. Zij schenen vijanden van den Direkteur, anders hadden zij er zoo'n plezier niet in gehad.Ga naar voetnoot1 .........................
Elize Baart. |
|