Aan Mej. Elize Baart.
Beste Elize! Die Rennefeld is 'n uil!!!! Bewaar dit briefje toch goed en geef 't me, als je blieft, eens te leen, als ik 't noodig mocht hebben!
Welke boeken gij noodig hebt om uw répertoire te leeren?
In 't Fransch, zou ik zeggen: begin maar met u Corneille, Racine en Molière aan te schaffen, want een tragédienne moet comedie kunnen spelen, even goed, als een comédienne tragiek moet kunnen zijn.
In 't hollandsch.... weet ik niet wat ik antwoorden zou, want ons oude répertoire is gestorven en 't nieuwe leeft nog niet.
In geen geval zou ik duitsche werken over aesthetica recommandeeren aan iemand die in 't hollandsch déclameeren wil leeren. Die zwaarlijvige moffen, met hun reuzenpassen en théatre-preektoon! Zij zijn de laatsten, die 't brullen en galmen in eere houden!
Ik kan in dat Nederlandsch tooneelverbond nog maar niets nederlandsch vinden!
Gij behoeft van mijn engagement geen geheim meer te maken. Iedereen mag alles weten. De Directie had mij verzocht nog wat te zwijgen en de Dir. zelve heeft alle dagbladen te hulp geroepen om 't nieuwtje rond te bazuinen.
Ik schreef dien goeden Rennefeld, dunkt mij, maar heel beleefd, dat alles in Nederland nog zoo onzeker schijnt te wezen, dat je voor alle securiteit maar beginnen zult met een jaartje op 't conservatoire te Brussel te gaan, en altijd daarna nog in Amsterdam kunt komen. Tracht goede vrienden te blijven, nu vooral.
Addio, t. à t.
Mina.