Mijn leven

(1877)–Mina Kruseman– rechtenstatus


Mej. Mina Krüseman. Wiesbaden, 9 Aug. '74. ......................... De zaak is zoo: Toen je ons eens schreef van je aanraking met 't Amsterdamsche tooneel en van het inkomen dat ze je aanboden, vroeg ik in eens: ‘Dek, hoe zou iemand 't moeten aanleggen, die die loopbaan zou willen probeeren?’ ......................... Artiste door geboorte ben ik niet, dit weet ik zelve zeer goed. Maar ik heb wel 'n beetje smaak - en mijn omgang met Dek heeft dien nog meer ontwikkeld. ......................... Maar toch denk ik er aan, Mina-lief, 't vooruitzicht van slagen lacht mij zoo toe! Zeg mij eens wat jij er van denkt... zou je mij misschien een raad kunnen geven. ......................... Je ziet, ik zei je, mijn plan is bas étage, nu dat is 't; puur finantieel. Maar ik zou er ambitie en liefhebberij in hebben ook! dat verzeker ik je! Toch zou ik 't daarom niet doen. - Zeg nu, lieve Mina, vind je 't al te onmogelijk? Of..... ik hoop van niet. Ik zou zoo gaarne willen en ik ben wel 'n beetje van de
[pagina 195]
leer dat de wil... niet alles, maar toch heel veel is. Ofschoon D. me voortdurend ontmoedigt, moet je niet denken hij 't niet hebben wil. O neen! Hij is inderdaad welwillend, dat is i van nature, en ook nu, hij moedigt me aan om.... om.... om uitgaven voor m'n plan te doen. etc. etc. ......................... Mimi.