Mej. Mina Krüseman, Parijs.
Wiesbaden, 26 Febr. '74.
.........................
Zoo, beste meid, houd je zoo veel van Vorstenschool? Ik eigenlijk ook, en ben kwaad dat ze dat stuk niet spelen. Ik had het zoo graag eens gezien, zoowel voor m'n genoegen als om te kunnen opmerken welke fouten er in zijn. Dit zelfs heeft 'n hollandsche schrijver niet dat i kan te weten komen wat een volgende keer moet verbeterd worden! En van gelegenheid om de concert met bekwame acteurs 'n rol vast te stellen wat de uitvoering aangaat, de créatie, is in dat vervloekte land geen kwestie. Er zijn in dat stuk wel 50 passages die ik met 'n régisseur had moeten bespreken. Zelfs stembuiging zou ik van anderen moeten hooren, voor ik den eisch zou durven vaststellen.
Wat mij betreft: ik ben op de hoogte om te weten dat ik niet in staat ben Louise haar droom te laten vertellen, zoo als dat behooren zou. Nog gister avend heb ik 't beproefd, maar 't gaat niet. Dit vond Mimi ook. En we spraken over u, en vroegen of gij 't goed zoudt doen. De kans zegt: neen, want het zou vreemd wezen als ge niet van den weg waart gebracht door ‘school’. En die ‘school’ deugt niet.
Als iemand mijn voordracht geroemd heeft, zal dit geschied zijn uit het gewone oogpunt. O, zeker, ik kan ‘heel mooi reciteeren’. Bijna zoo goed als R. Maar...... 't deugt niet!
.........................
D.D.