Mevrouw E.
Brussel 13 October 1868.
.........................
Er zijn ongelukkige menschen genoeg in de wereld, die niemand missen zoude en die niets hebben waarvoor ze hier behoeven te blijven, en die blijven toch, terwijl anderen, die gelukkig en tevreden zijn, die getrouwd zijn en kinderen hebben, plotseling weggeroepen worden en treurig henen gaan, daar zij weten dat zij noodig waren, en dat zij eene leegte zullen achter laten, welke in geen jaren, ja, mogelijk nooit meer aangevuld zal worden. Enfin, zóó is het leven. Op geen waarom? krijgt men antwoord. Zóó als wij gekomen zijn, zonder het te willen of te weten, zoo verdwijnen wij ook weêr, om plaats te maken voor anderen, die, even als wij, al zoekende en al dwalende, het leven doorsukkelen en op hunne beurt gehoorzamen aan de groote wet die alles regelt. Laat ons dus maar dankbaar wezen voor al het goede dat ons te beurt valt, en voor het overige stil berusten in alles wat zóó wezen moet.
.........................
Mina.