geslagen. Die touwtjes waren zo dun als garen, maar ze waren zo onnoemelijk veel dat ze Gulliver stevig tegen de grond aan gedrukt hielden. De mannetjes waren op zijn lichaam geklommen. De prikken die hij had gevoeld, werden veroorzaakt door pijltjes die zij op hem afgeschoten hadden. Dicht bij zijn gezicht had men een stellage geplaatst. Daarop zaten verschillende rijk geklede persoontjes die hem van dichtbij bekeken. Hij veronderstelde dat degene die het prachtigst gekleed was, hun koning moest zijn. Deze sprak hem aan in een vreemde taal, waarvan Gulliver niets begreep. De koning en zijn gevolg vertrokken na een tijdje weer. Gulliver bleef nog urenlang op het strand liggen. Hij vroeg zichzelf af waar hij was terechtgekomen en wat er met hem zou gebeuren. Er werd niet meer op hem geschoten. Daar hij nog heel moe was, viel hij nogmaals in slaap.
Toen hij weer wakker werd, voelde hij dat hij voortbewoog. De kleine mensjes hadden hem op een wagen geplaatst van twintig centimeter hoog. Duizenden paardjes trokken de wagen naar een nabijgelegen stad. De huizen daar waren hoog voor de kleine bewoners. Maar ze reikten onze reiziger slechts tot zijn knieën. Ze brachten hem naar een soort stadion, waar hij met lange kettingen aan de omheining werd vastgemaakt. Om de aangespoelde reus te kunnen voeden was er enorm veel voedsel nodig. Voor zijn eerste maaltijd gebruikte men zes ossen, veertig schapen en vierentwintig broden. Daarnaast nog dertig vaten wijn en een aanzienlijke hoeveelheid vis, fruit en groente. Zeshonderd persoontjes waren nauwelijks in staat het voedsel naar Gullivers mond te brengen. Zij bouwden vliegensvlug een houten toestel, plaatsten het eten erin en schoten het naar zijn mond. Na enkele dagen had hij door dat hij was aangespoeld op de kust van een land dat Lilliput heette. Stukje bij beetje begon hij de taal van de Lilliputters te verstaan.
De koning bezocht hem weer, een zeer vriendelijk man. Hij wilde hem toestaan het stadion te verlaten als zijn voeten geketend bleven. Gulliver stemde toe. Alle voorwerpen die hij bij zich droeg, moesten worden afgegeven. Deze waren zeer groot en zwaar en hadden bovendien voor de Lilliputters onbekende vormen.
Het volk raakte volledig in de ban daarvan. Omdat de Lilliputters het gebruik van uurwerken nog niet kenden, kreeg Gullivers horloge de meeste bewondering. Zij zagen het aan voor een interessant, maar onbekend beest. Hij moest daar erg om