is alsof je in de hemel bent, als hij zingt. Maar soms ben ik bang voor hem. Hij zegt dat ik van hem ben. Ik kan je niet meer ontmoeten. Anders zal de engel ons verschrikkelijk straffen.’
De nieuwe managers beschouwden de verhalen over het spook als een grap. Voor de voorstelling van het beroemde operastuk ‘Faust’, trokken ze de prima donna Carlotta aan. Ze verhuurden het speciale balkon en om te bewijzen dat er niets was om bang voor te zijn, gingen ze daar ook zelf zitten tijdens de voorstelling.
Christine had een kleine rol in het stuk. Ze kwam op en zong zo lusteloos dat iedereen zich afvroeg hoe ze voorheen zo mooi had gezongen.
Toen kwam Carlotta op. Ze was bekend om haar verrukkelijke en krachtige stem. Ze opende haar mond en... er kwam een lelijk gekwaak uit haar keel!
De toeschouwers hoorden een holle lach boven hun hoofden. Een spottende stem riep: ‘Ze zingt zo vals dat ze het plafond neerhaalt!’
En toen brak het touw dat een enorme kroonluchter vasthield. Het gevaarte stortte neer op het publiek en veroorzaakte vele gewonden en een dode.
Vanaf toen deden de managers weer wat het spook wilde.
Op een dag kreeg Raoul een uitnodiging voor een gemaskerd bal in het operagebouw. Op dit feest kwam elke gast in een vermomming. Hij werd ontvangen door iemand die zich verkleed had als de Dood. Hij herkende de stem van Christine achter het masker. Ze nam hem mee de trappen op naar het dak van de opera en daar vertelde ze hem alles.
‘Ik had kleine rollen bij de opera als zangeres. Op een dag hoorde ik een mannenstem in mijn kleedkamer. Hij verklaarde dat hij de engel was die mijn vader mij had beloofd. Hij leerde mij zingen als een prima donna. Op een dag werd ik door de spiegel een donkere gang ingetrokken. Daar stond een man met een masker op mij te wachten. Erik, zo heette hij, bracht mij via de kelders van Palais Garnier naar een ondergronds meer. In een flits zag ik daar ook een Arabische man, die we vaker bij de operavoorstellingen zien. Maar Erik negeerde hem. Op een bootje gingen we naar zijn huis, in het midden van het meer.
Hij eiste dat ik voor altijd bij hem moest blijven. Ik kon niet ontsnappen.