Deze tekstpublicatie
Uit het voorgaande zal duidelijk zijn geworden dat een presentatie van dit reisverhaal zonder de nodige verbeteringen niet goed mogelijk was. Van de kleinere ingrepen in de tekst vindt men in de aantekeningen achterin telkens een nauwkeurige opgave. Het gaat daarbij om een aantal alsnog aangebrachte leestekens, om de uitlating van enkele dittografieën en om de vermelding van enkele reeds door de afschrijver zelf aangebrachte doorhalingen en verbeteringen. Ietwat grotere emendaties – meestal betreft het tussen vierkante haken geplaatste toevoegingen – zijn telkens verantwoord in het notenappaat; zie bijvoorbeeld de aantekeningen 103, 106, 134 en 173. Maar even vaak is, zónder ingreep in de tekst, een verbetering enkel gesuggereerd, zoals in de aantekeningen 141, 154 en 161. Alleen enkele overduidelijke omissies van de afschrijver zijn zonder verdere verantwoording aangevuld. Het aangevulde woord is dan tussen vierkante haken gezet; zie 5r [capelle], 5v [si], 6v [VII jaer], 7r [jaer], 8v [VII karenen].
Tot slot nog enige algemene opmerkingen inzake deze tekstpresentatie. In het afschrift van Matthaeus staat telkens na de Romeinse getallen (éénmaal ook na een Arabisch cijfer op f. 4v) een cijferpunt. Die is hier altijd weggelaten omdat overneming voor de duidelijkheid in het drukwerk niet bevorderlijk was. Ook de custoden (die Matthaeus overigens niet consequent heeft geplaatst) zijn weggelaten. Afwijkingen van de alinea-indeling in het handschrift zijn telkens vermeld in de codicologische aantekeningen. Voorts is niet de oorspronkelijke regellengte aangehouden, maar zijn de regels opgevuld. Bewust zijn de bekende schuine strepen waarmee men het oorspronkelijk eind van de regel kan aanduiden, niet overgenomen. Ze hebben in deze tekst geen enkele toegevoegde waarde voor de interpretatie ervan en zouden het beeld alleen maar nodeloos onrustig maken. Dat de cursivering van de Latijnse woorden (ook van de genitieven van eigennamen) en de vetgedrukte tussenkopjes niet in het handschrift zijn terug te vinden spreekt vanzelf.