regelde het zó dat het ding, keurig verpakt, tijdens het bruiloftsmaal werd bezorgd: aangetekend, per expresse, voorzichtig behandelen, kostbare inhoud.
De ceremoniemeester kreeg het kleinood overhandigd tussen het voorgerecht en de soep. Hij vroeg een ogenblik stilte en aandacht - er was een bijzonder pakketje gekomen. Anoniem. Hij zou het gaarne voor het bruidspaar ontvouwen.
Het hele geslacht Van Perleman thoe Windveer Dalfsen dacht aan een flonkerende diamant, geschonken door een bevriende relatie. Ja, pak maar uit, ceremoniemeester! En gauw een beetje, de soep wordt koud!
Het papier knisperde in de stilte en het vergulde doosje lag een moment klein en nietig in de handpalm van de ceremoniemeester. De man opende het doosje langzaam en trof allereerst een briefje aan waarop met vinnige letters iets stond genoteerd. Hij las het luidkeels: Voor uw geldkist, het belangrijkste meubelstuk in uw huis.
Niemand begreep het. De adellijke tak Van Perleman thoe Windveer Dalfsen had nooit uitgeblonken wat intelligentie betrof. Men keek elkaar in het blauwe oog en haalde de schouders op.
‘Een practical joke,’ zei iemand terecht, zonder het te beseffen. Verder spitte de ceremoniemeester. Verbaasd en niet begrijpend hield hij tenslotte de enorme kies van geneesheer Angelino in zijn hand. Het gebruiksvoorwerp was voorzien van een sleutelring.
‘Een sleutelring,’ mompelde eenieder teleurgesteld.
‘Er staat iets op!’ riep de ceremoniemeester verheugd.
‘Lezen!’ drong men aan, want het was een even origineel als mysterieus huwelijksgeschenk.
De ceremoniemeester zette onverdroten zijn leesbril op de adellijke haviksneus en las luid en duidelijk de inscriptie welke geneesheer Angelino in de kies had laten graveren:
hebt gij uw bruid bemind!
Men zweeg. Men bloosde. Men tuurde in borden. Men verborg het gelaat in zakdoeken en servetten. Men ziedde. Men vond het een affront. Een ongehoorde belediging. Affreus. Procedeer tegen die kwakzalver!
Robert Manen haalde hulpeloos de schouders op. Een gek, een halve gare, een maniak uit het zuiden die hem het licht in de ogen