Het grote wild toont zich van een zielige kant
Hoe hij zo in die stemming was geraakt wist niemand te vertellen, maar laat in de avond liet de secretarisvogel alle dieren van Zoönesië naar de grote duinen komen, waar hij het woord tot hen zou richten. Zo was de duinpan die avond dan ook boordevol, toen de secretarisvogel, vergezeld van Stiemer, zeer waardig binnenschreed. - Dieren van Zoönesië, sprak hij, ge zijt een troep ongelukzalige knoeiers. Twee dagen hebt ge verbrast in een onzinnige poging om de gruwelijke Grommeldor te bestrijden met niets dan enige hoenders en een paar stokken om de haaien op hun kop te tikken. En dit om de verwonderlijke, lichtgevende wondervis, die het grootste wonder van deze eeuw en deze tijd is, te bemachtigen voor deze edele man. (Hierbij wees hij op Stiemer). Ongelukzalige pogingen, zei ik, en waarom....? Omdat het grote wild van dit eiland nog te schuw is om de eigen muil te likken. Maar nu is het uit! Bij onze volgende poging moet iedereen helpen en ook de olifanten en de leeuwen. De olifanten die achter in de duinpan heel vredig wat zaten te dommelen, schrokken zich een ongeluk, toen zij hun namen hoorden noemen. Het was zeker dat zij iets van zich moesten laten horen en zij begonnen op angstaanjagende wijze te snuiven.
Me dunkt, dat alle voor's en tegen's eerst eens goed overwogen moesten worden, sprak de grootste leeuw van het eiland, daarbij de secretarisvogel enigszins schuw in de ogen kijkend. Wel, hoor me zo'n kwal nu eens, zei dit dier driftig, zou je niet denken, dat je een kuiken voor je had. De leeuw beet zich verlegen op zijn lippen, en zei, dat als men er zo over dacht, hij de zaak nog eens zou overwegen. En vervolgens ging hij, geheel wanhopig, met een bons zitten. Een van de olifanten informeerde vervolgens bij de secretarisvogel of deze van hem verwachtte, dat hij de Kraalbocht in de rondte zou zwemmen, maar hij kreeg zo'n hooghartig zwijgen en zo'n ijzige blik als antwoord, dat hij van louter verlegenheid met zijn achterste naar het gezelschap ging staan en zich geneerde. Zo, zei de secretarisvogel voldaan, en thans makkers: de daad.