Twee radeloze vloten
Ook de Boeglanders waren aan boord van hun schepen enigszins angstig geworden, toen zij de vlotten met de apen naderbij zagen komen. Eerst hadden zij alles met de grootste verbazing aangezien, maar toen zij het vreedzame tafereel hadden bekeken, waren zij op de gedachte gekomen, dat er beslist een list achter schuilde! Want als je eerst naar die verbazend krijgshaftige schepen keek en dan ineens naar die vlotten met kippen en apen er op, die al maar dichterbij kwamen en niet de geringste vrees toonden, dan kon het wel niet anders of je begreep dat men met die vlotten iets geheimzinnigs in zijn schild voerde. Een algehele verwarring volgde dan ook. De bemanningen van de baggermolens, de vissersschepen en de breekmachines, alsmede de leden van de kampioensvisclub begonnen het eerst te jammeren, want zij hadden geen kanonnen aan boord. Zij deden hun schepen dan ook onmiddellijk keren, zodat de oorlogsschepen voorop kwamen.