72.
Paulus' eerste zendingsreis.
Antiochië is een stad in Syrië. Ook hier is reeds een Christelijke gemeente. Paulus, de vroegere Saulus, is hier. Ook Barnabas.
Deze beiden worden door den Heiligen Geest aangewezen tot een bijzonder werk: het Evangelie te gaan verkondigen aan de heidenen.
Ze gaan. Een verre reis ondernemen ze. Een reis vol moeiten en gevaren. Maar niets kan hen afschrikken. De liefde van Christus dringt hen. Overal moet de blijde boodschap worden verkondigd: Jezus Christus is in de wereld gekomen, om zondaren, ook heidenen, zalig te maken. Ach, dikwijls waren de Joden, die overal verspreid woonden, de grootste vijanden, die het werk der apostelen verstoorden, ja zelfs de heidenen tegen hen ophitsten. En vaak rustten ze niet, vóór Paulus en Barnabas uit de stad verdreven waren.
Eens komen de apostelen in de stad Lystre, in Klein-Azië. Als naar gewoonte predikt Paulus. Daar ontdekt hij een ongelukkige, een kreupele man. Met aandacht luistert deze naar Paulus' woorden. En in zijn oogen leest Paulus het geloof om gezond te worden. En eensklaps roept hij: ‘Sta recht op uw voeten!’
Daar springt de kreupele, die nog nooit geloopen had, op, en wandelt. Nu verdringt zich het volk om hem. Ja, waarlijk, hij is genezen. Wie is dan die man, die dit gedaan heeft? Jupiter en Mercurius heeten hun goden. Welnu, dan is het duidelijk. Die man.... is Mercurius zelf en die andere is Jupiter. ‘De goden zijn den menschen gelijk geworden!’ roepen ze. Een