46.
Het heilig avondmaal.
De Paaschmaaltijd is geëindigd. Maar er zal nog iets bijzonders gebeuren. Zie, daar neemt de Heere Jezus een stuk brood. Plechtig breekt Hij het, deelt het uit aan de discipelen en spreekt: ‘Neemt, eet, dat is Mijn lichaam, dat voor u gebroken wordt. Doet dat tot Mijne gedachtenis.’
Ze nemen het aan uit Zijn hand. Ze eten. Zal dan Zijn lichaam gebroken worden? Zal hun Meester toch sterven?
Ja, Hij zal sterven voor hen, voor zondaren. En die in Hem gelooft, en, in het Heilig Avondmaal, het gebroken brood eet, mag er van verzekerd zijn, dat óók voor hem Jezus Zijn lichaam deed kruisigen.
Nu neemt Jezus den drinkbeker met wijn, die bij den Paaschmaaltijd dienst had gedaan, zegent dien en spreekt: ‘Drinkt allen daaruit. Want dit is Mijn bloed, het bloed van het nieuwe testament, dat voor velen vergoten wordt, tot vergeving der zonden.’