gewis, denken ze: het komt! Maar zij verwachten dat het komen zal door uiterlijk geweld: groote legers, een machtig koning, sterke wapenen, groote veldslagen....
Het Koninkrijk der Hemelen komt. Gewis. Maar niet, zooals de Joden het verwachtten. Het komt, maar niet door geweld; niet in eens. Het komt langzaam aan, in stilte, door den Geest Gods.
Dit alles zal Jezus het volk leeren. Hij doet het door gelijkenissen, d.w.z., door vergelijkingen met allerlei heel gewone dingen.
Op den oever staan de scharen; op een schip gezeten, een eindje van den wal af, spreekt de Heiland.
Luister:
‘Ziet, een zaaier ging uit om te zaaien. En als hij zaaide, viel een deel van het zaad bij den weg, op het smalle voetpad, dat de akkers scheidde; de vogels kwamen en pikten het op. Een ander deel viel op steenachtige plaatsen. Een dun laagje aarde bedekt hier den rotsigen bodem. Dadelijk ontkiemt het zaad, maar het heeft geen diepte van aarde en de jonge plantjes verdorren al spoedig door de zengende hitte. Een ander deel viel in de doornen, die vóór het zaaien wel uitgekapt waren, maar waarvan de taaie wortels weer nieuwe loten uitschoten. En toen begon de strijd tusschen de doornen en de jong uitspruitende plantjes. Ach, de doornen wonnen het. Ze namen alle licht, alle lucht weg en verstikten het zaaisel. Een ander deel viel in de goede aarde, en droeg rijke vrucht; elk zaadje wel niet evenveel; maar het minste bracht tot dertig korrels voort. Ja, zelfs rezen er halmen met zestig en honderd korrels!’
Aan Zijn discipelen verklaart de Heere deze gelijkenis. Hij zegt hun, dat het zaad Zijn woord is, en dat de menschen nu dikwijls gelijk zijn aan die verschillende soorten aarde, waarin het zaad viel. Sommigen verstaan het niet en hooren alleen maar den klank; anderen hooren wel, gelooven voor een tijd, maar als verdrukking of vervolging komt, zeggen zij God en Zijn dienst vaarwel; weer anderen hooren ook, maar zij meenen, geen tijd te hebben, om te luisteren; zij willen God en de wereld dienen, en worden spoedig onverschillig voor de zaken van het koninkrijk Gods. Maar er zijn er ook, die het woord hooren èn verstaan èn ter harte nemen; zich met een oprecht hart aan den Heere overgeven en Hem in hun leven verheerlijken.
Een andere gelijkenis sprak Jezus:
‘Het koninkrijk der hemelen is gelijk een mensch, die goed zaad zaaide in zijn akker. En als de menschen sliepen, kwam zijn vijand en zaaide onkruid midden in de tarwe en ging weg. Toen het nu tot kruid opgeschoten