‘... je gedraagt je als een elitaire ellendeling. Je bent een gevaarlijke...’
‘Maar mijnheer! Stop! U bent waarlijk te goed. Zo'n stroom loftuitingen doet té weldadig aan. Vergunt u mij nu weer dat ik u vraag waaraan ik zoveel eer dank?’
‘Het is omdat je je op ontoelaatbare wijze boven het gemene volk verheft... omdat je vanuit je ivoren toren decreteert wat de mensheid hoort te lezen. Je bent een gevaarlijke ellendeling, een elitaire...’
‘Stop, al te milddadige Jammerdal, stop!’
‘Een elitaire intellectueel... Je hebt in onze tijdschriften Mix, Weekend, Story, Privé en Bellevue gelezen, en daarover zéér minderwaardige dingen geschreven. Bedenkelijke dingen.’
‘Ineens is mij, o bron van liefdadigheid, veel duidelijk. U bent de brenger van de blijde boodschap. Zeg mij de waarheid en uw hart zal, ook in smarten, opspringen. Zelfs uw beenderen zullen zich verheugen.’
‘Geen grapjes, Komrij. Dat toontje van je, dat kennen we. Je hebt een vlotte pen, toegegeven. Maar een vreemdsoortig gevoel voor humor ook. Er is één ding dat je maar niet wil begrijpen, Komrij. Jij hebt niets te zoeken in onze Blijde Bladen. Niets, versta je? Jij begeeft je ten onrechte onder 't lezerspubliek daarvan. Je vertoeft daar, ik zeg het maar ronduit, wederrechtelijk. Je hoort in die groep evenmin thuis als Prinses Beatrix in pension Zonnegloren te Valkenburg en dominee Abma in de Blue Note.’
‘Vreemdsoortig gevoel voor humor is besmettelijk, merk ik.’
‘Onze Blijde Bladen, Komrij, worden voor een totaal ander publiek dan voor jullie elitaire intellectuelen vervaardigd. Onze doelgroep, zoals we dat noemen, bestaat uit eenvoudige zielen die door het noodlot zijn geplaatst in woningen zonder boekenkast. Uit personen wier geestelijke rijkdom niet groter is dan door zes schoolmeesters kon worden aangericht. Uit sukkels die het op de drempel van een boekwinkel al in hun broek doen van angst. Uit meneren, mevrouwen en juffrouwen die grote moeite met jouw woordenschat hebben, Komrij! Is je dat duidelijk?’
‘Volkomen.’
‘En wij, de makers van Blijde Bladen als Story en Bellevue,