Het stamboek op de papiere snykunst van Mejuffrouw Joanna Koerten, huisvrouw van den heere Adriaan Blok: bestaande in Latynsche en Nederduitsche gedichten der voornaamste dichters(1735)–Joanna Koerten– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 176] [p. 176] Kroon een hantje van juffrou Joanne Koerten. Koertens teedre poesle hantjes, Zuivre zachte liefdebantjes, Koestren duurzaam hert en zin Van haar’ Echtgenoot tot min. Maar niet minder kan men ’t merken Aan hun onnavolgbre werken, Dat ze trekken elx gemoedt, Als de zeilsteen ’t yzer doet. Kleene hantjes, groot vermoogen Hebben ’t kunstgebouw voltoogen; Dat een ieder hoog waardeert, En Arachnes kunst braveert. Maar Natuur schynt heel verbolgen, Dat Johanne poogt te volgen Al haar doening, ’t minst en ’t meest, Door haar eedle schaar en geest. Kroon een hantje, die het leven Weet aan ’t dood papier te geven; Daar thans d’Ystadt roem op draagt, En de weerelt van gewaagt. Joanna Koertens o eren na je konst. Uw snykunst, Koerten, blinkt verheven, Misdeelt van eedlen geest noch zwier; Uw schaar schept wondren in ’t papier. En doet dus alles heerlyk leven. O eren na je konst! gy toont Hoe ’t blokken steeds uw’ naam bekroont. A. Janzonius. Vorige Volgende