Verzen(1894)–Willem Kloos– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 61] [p. 61] LV. Ik ga mijn leven in orgieën door Van vol muziek en vreugden onuitspreeklijk, Daar 'k ál smart in losbándigheid verloor, Want dít lijf en mijn trots zijn onverbreeklijk; 'Wijl achter me aan een óp-zich-drommend koor, Heel 't schoone lijf bewegend wild en weeklijk, Luid-feestende optocht, danst en ik dans voor - O, mijn los-voetigheid is zéér aansteeklijk. Hoor, hoor naar mij, gij allen die daar gaat Met koud gelaat en stappen zoo bedachtig: Brand op in gloed het leven dat u slaat, U zelf óp-slaánd in vlammen hoog en prachtig. Droom wég in weelde: ijdel is alle daad - Over ons allen koom het Niet zijn machtig. Vorige Volgende