Honderd verzen en Okeanos(1909)–Willem Kloos– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 94] [p. 94] LXXXV. Uw leden, lieflijk-slank als wolken-lijnen, Wen zacht, op 't blauwe meer der wester-luchten, De wijde, donzen visioenen deinen, Die weer geleidelijk voor nieuwe vluchten, - Uw hoofd, die blank-en-rose bloem, waar zuchten Als winde-wuivingen-vol-weemoed schijnen, Maar waar de lach ook klinkt, wen voor genuchten Van hart-en-goest uw droomrigheên verdwijnen... Ja, alles wat gij, met uw gratie, doet, En alles, wat gij zijt, in schoon verschijnen, Is, als àl wisslen der Natuur, óók goed, En doet mijn liefde rijzen, Eenig-mijne! O, wen ge op-éénmaal, door den dood, verdweent, Ging 'k meê, met ú, ook in den dood, vereend! Vorige Volgende