Naauwlijks begon de Baron dit te bemerken, of hij wist schielijk eenige aanmerkingen te maaken: onder andere waren de meeste der contredansen te ouderwets geweest, de snaaren waren meest alle vals, en alles was veel te langzaam en buiten de maat gespeeld. Dit had een gewenscht gevolg, de virtuoso's scheenen zelfs hier van overtuigd te worden, en niemand sprak meer van opslag van huur.
Van hier begaf hij zich naar zijne geliefde honden, die geduurende het feest en de toebereidselen, tegens hunne gewoonte, onmedoogend aan de ketting hadden moeten liggen. Terwijl hij juist bezig was om twee der grootste en wildste doggen los te maaken, verscheen 'er eene plegtige deputatie uit het Dorpsbestuur, van welke de Schout barend van poederen, een klein dik ineen gedrongen mannetje, met een vooruitpuilenden buik, zich aan het hoofd bevond.
De honden van blijdschap opgetoogen wegens hunne verlossing, liepen als dol over het plein; uit vreugde vloogen zij elk een tegen het lijf, onder anderen sprongen zij onbedachtelijk tegen het wel doorvoede ligchaamtje van den Schout op.
Die aanval was te hevig om te kunnen worden wederstaan: de goede man viel als een wolzak achter over, met de korte doch niet minder dikke beentjes in de lucht. - Even als de olijphan-