spruit, en wel naar eene van het manlijke geslacht, dewijl zij anders tot hunne smart voorzagen, dat het zoo oud, zoo aanzienlijk geslacht der blankenheimen geheel zou worden vernietigd. De hoogadelijke gade ontmoette geene zwangere vrouw, of zij benijdde haaren staat, en als zij met haar gemaal al wandelende zoodanig eene bij toeval ontmoette, stootte zij hem eens van ter zijde aan, om hem opmerkzaam te maaken op het geluk dat zoodanig eene genoot: zij verzuimde geene gelegenheid om over dit onderwerp nuttige boeken te leezen: eenige reizen had zij reeds koude, laauwe, en medicinaale baden gebruikt, - helaas! alles zonder vrucht.
Eene onverwachte gebeurtenis noodzaakte den Baron zijne echtgenoote geduurende eenige weeken te verlaaten, na verloop van dien tijd eilde hij naar zijn Kasteel te rug, en vloog in de armen van zijne beminde.
Deze zoo aangenaame ontmoeting had nog aangenaamer gevolgen, weinige maanden daarna ontdekte de Barones iets in 't geheim, dat den Baron geheel in verrukking hield opgetoogen, hij zwoer, zoo zij moeder werd van eenen welgeschapen Zoon, dat hij haar eeuwig zou beminnen, en alle haare betaamlijke wenschen en begeerten zoo veel in hem was, vervullen: hij was zelfs zoo zeer buiten zich zelven, dat hij de grootste moeite had om dit geheim, dat op zijn verheugd hart brandde als een kool vuur, voor alle zijne nabuuren en dienstboden te verbergen: