Voorbij
Met veel snelheid fiets ik langs een wegkruis. In een flits meen ik op het bord onder het crucifix iets te lezen van ‘moeilijke dagen’. Ik peddel door, maar heb toch geen rust.
Wat stond er eigenlijk? Die vraag blijft maar door mijn hoofd spoken en na een zware discussie met mezelf, besluit ik om te keren. Ik stap af bij een simpel, gietijzeren kruis. De witgeverfde Christus blikkert deze herfstdag in de harde zon. Als ik de tekst zie, ben ik blij dat ik omgekeerd ben. ‘Ook moeilijke dagen gaan voorbij’.
Vijf woorden slechts, maar troost voor vijfhonderd. Pijn en lijden kunnen de mens lang kwellen, maar alles gaat voorbij. Het komt weer goed of het komt niet goed, maar voorbij gaat het in elk geval. Al het menselijke, al het aardse, verdwijnt uiteindelijk in het zwarte gat van de tijd. En of bij de ingang van dat gat de Heer staat, of niet, dat moet elk mens maar voor zichzelf uitmaken.
Gesterkt stap ik weer op mijn fiets voor een laatste lus langs de bosrand. De stormen van de afgelopen weken hebben het bos vrijwel uitgekleed. Maar wat nog over is, mag er zijn. Op deze goddelijke zondag showen de bomen de laatste resten van hun goudgele herfsttooi. Straks is er alleen nog de kale winterbast.
Moeilijke dagen gaan voorbij. Mooie ook.