Os in de stal
Met sommige dingen in huis bemoei ik me zo weinig mogelijk. In de politiek zouden ze spreken over een terughoudende opstelling. Zo voer ik zelden het woord over grootte, standplaats en optuigen van de kerstboom. Jarenlange ervaring heeft me geleerd dat de kerstboom weliswaar een symbool van vrede is, maar dat dit niet garant staat voor een rimpelloze aanschaf en installatie. Je komt gemakkelijk in een discussie die al snel piekt. Daar komt bij dat ik niet bekend sta als een groot woninginrichter. Mijn opvattingen over de aankleding van een interieur gelden als inferieur. Doorgaans vind ik datgene het mooist wat het snelst klaar is. Daarom neem ik tegen Kerstmis de positie in van de os in de stal: rustig op de achterste rij.
Nu hebben we een kunstboom. We kochten hem bij de HEMA en moesten er daarna nog een heel stuk mee over straat. De afbeelding van de boom op de kolossale doos liet geen twijfel over de inhoud.
Dat hebben we geweten. De lange weg naar de parkeergarage was geen lolletje. Als blikken konden doden was ik nu even dood geweest als die kunstboom. Kennelijk geldt het opzetten van een kunstboom als een soort kerstpornografie. Toch meenden wij geheel in overeenstemming met de klimaattop in Kopenhagen gehandeld te hebben. Onze nieuwe boom gaat duurzaam om met zijn naalden, de energievretende stofzuiger blijft in de kast en we hoeven nooit meer de auto te pakken voor een nieuwe. Ja, hij is nep. Nou en? Geldt dat niet voor negentig procent van Kerstmis?