Volledige werken. Deel 13(1873)–Pieter Frans van Kerckhoven– Auteursrechtvrij Vorige Volgende De nacht O, ik min u, lieve nacht, Als de maan mij tegenlacht, En der sterren zacht geschemel Tintelt aan den kalmen hemel, En het al van harmonij Spreekt en zachte melodij! O, ik min u, lieve nacht; Kalmte is 't ware beeld der macht, En gij doet mij diep gevoelen, Hoe ik mijne drift moet koelen En, gelaten, kalm en stil, Bukken moet voor Godes wil. O, ik min u, lieve nacht; Want gij prent mij in 't gedacht, Dat ons, na het aardsche leven, Na het angstig, woelig streven, Ook een lange nacht verbeidt: Nacht van rust en zaligheid! Vorige Volgende