Verzameld werk. Deel 3(1976)–Pierre Kemp– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 1261] [p. 1261] Juvenilia: verspreide gedichten [pagina 1263] [p. 1263] 1909 Klokken Klokklanken drijven door donkeren nacht zwaarbrommend voort, als daavrende schoten, buldrend in strijd van vechtende vloten, dreunend en dondrend met bronzene pracht. Soms is 't, als wijken de vloten, en zacht smelt het gedruisch tot stervende stooten. Heeft het geschut, uit klaar brons gegoten, eensklaps verloren, vergeten zijn kracht? Dan dromt weer 't pallen der galmende klokken klaar door den nacht, als een juublende stoet daverend juichende, - hun, die vertrokken, thans wederkeerend, vol zege in 't gemoet, ziende hun koning, de kroon op de lokken, goudzwaar, ze juichen: ‘Heil, Koning, Gegroet!’ Vorige Volgende