Verzameld werk. Deel 2

Het dappere snijdertje

Ik zag die dingen in het Dal der Sprookjes.
Ik reisde veel en steeds kwam ik terug.
De velden lagen er in gele en groene strookjes
en een mooie klaproos bloeide haast onder de brug.
Toen kwam van ver een kleine heer gegaan.
Zijn schaar blonk zilver, purper had hij aan.
Maar er zijn dieren, die niet kunnen tegen glimmen
en daarom droeg het dappere snijder-kereltje
steeds mee die boom om in te klimmen
in het uur van gevaar. Een mereltje
in zijn keel was zijn stem. Dan kwam dat woeste paard
met die hoorn voor zijn kop, de eenhoorn in persoon,
maar hij was goedgemutst en lachte in zijn baard.
Dapper snijdertje, wat zingt je merel schoon
en wat blijft je niet al bespaard!