Verzameld werk. Deel 2(1976)–Pierre Kemp– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 584] [p. 584] l'Âme en peine Moet ik om dit Maastrichts gebruik van kleuren nu op een bank in het Park gaan zitten treuren en voelen met ontroerde rechterhand onder de steeds neutrale linkerkant van mijn jas naar mijn beweerd groen hart? Om al die ogen onder maskers in verward denken en doen het klagen aan de bomen? Ik begrijp François Couperin eerst nu volkomen. Het Lied van Maastricht is als dat van Parijs op even eigen provinciale wijs. Of ik soms provincialer treuren wil? Ik wil alleen gelukkigen zien tot wederhorens. Reik mij mijn trouw rose bril eens aan! Het lukt misschien, dat alle zieleleed wordt stil, of hier de Meimaand blijvend geurt! Ik zet hem daarna beurt om beurt ook op de neuzen van de Heren Torens! Vorige Volgende