88. Jan Grégoire, Moeder Majelle. Amsterdam, Uitg. Joost van den Vondel, 1925. (210 blz.)
Jan Grégoire heeft meer naam gemaakt als schilder dan als literator. Begrijpelijk; als schilder werd hij een figuur waaraan zelfs een monografie werd gewijd; als schrijver liet hij het bij enkele proeven. Zijn eerste werk op litterair gebied is ‘Moeder Majelle’, een roman, of hoe men het noemen wil, als proefneming ongetwijfeld interessant. Grégoire probeert hierin, misschien onbewust, onder den invloed van de Vlamingen, Felix Timmermans vooral, het Limburgsche volksleven door een anderen bril te zien. De politieke samenhoorigheid van Limburg bij Rijks-Nederland heeft de taal van de meeste onzer auteurs verhollandscht, iets harder en killer gemaakt dan noodig is, ze verwijderd van het kleuriger, levenswarmer ‘algemeen beschaafd’ dat de beste Vlamingen schrijven. Deze verwijdering heeft aan