45. August Faldera. Venlo en de Venlonaren voor een halve eeuw. Venlo, N. Venl. Crt., (1927). (60 blz.)
Schrijver van dit kleine werkje, een ‘Venlonees’ van het oude slag, was tot omstreeks 1928 buitengewoon stadsreporter van de N.V. Ct. Hij kende het oude Venlo uit zijn eigen jeugd als geen ander en schreef daaromtrent af en toe artikelen van zekere documentaire waarde. We hebben hier voor ons een uitgave die typisch tot de moderne heemkunde behoort: geen diepe historie of folklore, maar veel uit het dagelijksche leven van het jongste verleden. Faldera vertelt onderhoudend van Venlo als vesting - in de groote dagen der sterkte lag er tot 6000 man ‘volk’ -, van het ijsvermaak op de grachten, van ‘Schinkemanus’, en van Trui met haar gevolg ofwel de veehouderij in de stad. Natuurlijk vernemen we ook het een en ander omtrent de Maas, - levensader van Limburg - de vaart op de rivier, over de ‘Broesert’ (een soort waterval), het ‘Reufke’ (een schippers-cafétje), over het leven onder militairen, slagers en veehandelaars en over het zonderlinge menschenpaar ‘Buet’. Tenslotte schetst hij ons de politieke zeden in het ‘stedje van plezeer’ en hoe ook dit zich normaliseerde in modernen zin.