Stichtelijk huisboek(1866)–J.J.L. ten Kate– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Uit God en tot God. De School niet, waar uw geest pas staamlend leerde lezen, De Wieg niet, waar uw hart zijn kindertranen schreit, Niet de Aarde - kan uw woning wezen, Mensch! pleegzoon der onsterflijkheid! Ver uit uw kalme stulp, in schaduw der valleien, Ver over ieder duin en d' allerhoogsten top Der eiken en der Alpenreien, Heft, bandeloos, uw geest zich op. Hij wenscht zich vleugelen, en schept ze, en baant zich wegen, Waar zelfs de bliksemvaart des arends werd gestuit: In 't middenpunt der zon gestegen, Vorscht hij nog hooger zonnen uit! [pagina 220] [p. 220] Maar eindlijk, hoe hij stijg', zal toch een grenspaal blaauwen, En hoeveel hemelen uw ruimte dan omvat, Toch zal ze u eindlijk meer benaauwen Dan de omvang, dien uw hulp bezat. Uw plaats is, waar geen ruimte, o geest! u meer omvademt, Want breeder is uw vlucht dan alle stargewelf: U heeft de Oneindige uitgeademd, Gij vindt geen rust dan in God-zelv'! Vorige Volgende