Dit gedicht verscheen op 1 juni 1918 in De Vrije Socialist, een tijdschrift dat in 1898 was opgericht door de bekende socialist-anarchist F. Domela Nieuwenhuis en een tegenhanger wilde zijn van een autoritair socialisme. Het roept in herinnering dat de wereldoorlog niet alleen op het land, maar ook op zee veel slachtoffers maakte. Aanvankelijk ging het wat de Nederlandse handelsvloot betreft alleen om incidenten, maar dat veranderde toen de Duitse regering in 1917 de onbeperkte duikbotenoorlog afkondigde en ook de schepen die onder neutrale vlag voeren liet torpederen. Over de dichter is verder niets bekend.