Het monster van de oorlog
(2004)–Rob Kammelar, J.M.J. Sicking, Menno Wielinga– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 22]
| |
Onder de helmHeeten de beulen broeders,
wordt er een zwaard betrouwd,
eer nog de tranen der moeders,
eer nog de lijken koud?
Geen vriendschap, geen vriendschap,
geen vriendschap onder den helm!
Wie met hen hand in hand kan staan
is in het hart een schelm.
Hoed u voor lange vingeren,
hoed u voor grof geschut.
Waar ze den brandelGa naar eind* slingeren
blijve noch kerk noch hut.
Geen vriendschap, geen vriendschap,
geen vriendschap onder den helm!
Wie met hen hand in hand kan staan
is in het hart een schelm.
Komt gij ons volk beschaven,
gij, die het land verwoest?
Overal puin en graven,
overal bloed en roest.
Geen vriendschap, geen vriendschap,
geen vriendschap onder den helm!
Wie met hen hand in hand kan staan
is in het hart een schelm.
Duitscher, ruk met uw horden
zwijgend over den Rijn,
Broeders willen wij worden.
Als ge weer mensch zult zijn.
René de Clerq (1877-1932)
| |
[pagina 23]
| |
René de Clerq, die in Gent was gepromoveerd in de letteren en wijsbegeerte, maakte eerst naam met klankrijke liedjes en ontwikkelde zich daarna tot een sociaal-politiek geëngageerd dichter. Bovenstaand gedicht, dat een voorbeeld is van de vele protesten tegen het optreden van de Duitsers in België, is te vinden in De Clerqs patriottische bundel De zware kroon (1915). Toen de dichter tijdens de oorlog een tijdlang als leraar in Amsterdam verbleef, werd hij al snel een zeer strijdbare activist. Zie verder bij de volgende tekst. |
|