Elsevier's Maandschrift. Over Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift 1891-1940
(2016)–Arendo Joustra– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 112]
| |
J.G. van Gelder
| |
[pagina 113]
| |
Een direct slachtoffer van het oorlogsgeweld is de jonge schilder T. van Doorn, die, eveneens Rotterdammer, later te Uccle gevestigd was. De verwachtingen die Mr. J Slagter in 1931 in dit tijdschrift uitsprak zijn niet geheel vervuld. Toch bleef er een belofte. Van Doorn was bezig zich als schrijver over kunst te ontwikkelen. Voor de N.R.C. volgde hij Greshoff te Brussel op. Ook voor ons tijdschrift was hij bezig met een essay over den schilder War van Overstraten, een studie waar wij ons veel van hadden voorgesteld. Geen kunstenaar, geen schrijver maar voor het kunstleven van Amsterdam een onmisbaar element was de nog jonge kunsthandelaar Jacques Goudstikker. Ook hij is slachtoffer van dezen oorlog. De door hem ingerichte tentoonstellingen in zijn zaak (onder meer Stillevens, Winterlandschappen, Rubens) en samen met anderen in het Rijksmuseum (Oude Kunst) en in het Stedelijk Museum (Italiaanse kunst) hebben, in tijden toen het van officieele zijde nog niet mogelijk bleek, de belangstelling voor kunst aanmerkelijk verruimd. Toen er een impasse was betrok hij daar ook in de moderne kunst, opende tentoonstellingen van groepen jongere schilders en ook van kunstenaars afzonderlijk, waaronder die van Charley Toorop's werk wel de opmerkelijkste was. Het was uitsluitend door het persoonlijk initiatief van Goudstikker dat de kunstmanifestaties van Amsterdam een vaak zoo feestelijk en kleurrijk karakter verkregen. |
|