| |
| |
| |
S
safe-seks, veilige seks om besmetting met het Aidsvirus te voorkomen. De internationaal vertakte club organiseert elke maand safe-seks parties. (Algemeen Dagblad, 2.2.1987:2). |
saffisch, lesbisch. Naar Sappho, dichteres van Lesbos in de zesde eeuw voor Christus. |
sado-masochisme, seksspel van meester en slaaf. Ik denk dat we van het woord sado-masochisme af moeten want wanneer je dit woord gebruikt, roept dat erg veel vooroordeel op. (De Groot, 1987:58). |
sauna, gelegenheid waar een hete luchtbad genoten kan worden, maar de homosauna wordt meestal bezocht voor (anonieme) seks. Om tien uur kreeg de onrust mij zo te pakken dat ik de deur uitliep naar de plaats, die met sauna en stationshal het voorbestemde trefpunt is van mannen in de aanbieding, het stadspark. (Hafkamp, 1987:73). Zie dagsauna, homosauna, nachtsauna. |
scene, het homowereldje, de subcultuur. Ook geschreven (en in ieder geval uitgesproken) als sien. ‘Ze zien 't natuurlijk meteen’, dacht Stanley, die de inschattende blik van de barkeeper had opgemerkt, ‘dat wij niet in deze scene horen. Ik heb geen leer aan en dat jack van Huib is bruin met een lammyvoering.’ (Haagse Post, 6.12.1986:43). |
schandblok, instrument waarmee bij sadomasochistisch spel de meester zijn slaaf kan vastbinden;
|
| |
| |
in de Middeleeuwen gebruikt om gevangenen mee te kijk te zetten. Ik stond op en werd in de richting van het schandblok geduwd. De polsboeien gingen los, het blok sloot rond mijn hals en polsen. Voor mijn enkels in een blok gesloten werden, trok hij m'n broek en slipje uit. (Homo SM:16). Een schitterend ingerichte zolder in het hartje van de stad. Er is een schandblok, een kooi, een sling, een takelinstallatie, en een uitgebreide verzameling kleinere attributen zoals zweepjes, boeien en tepelklemmen. Voldoende mogelijkheden tot spelen dus. (Marcus, 1984:243). |
schandknaap, prostitué, jongen die tegen betaling homoseks bedrijft. Het speciale rechercheteam dat zich bezighoudt met de moord op de 58-jarige balletpedagoog, zoekt de dader vooral in kringen van schandknapen die zich regelmatig ophouden in en om het Centraal Station in Amsterdam. (Het Parool, 2.1.1978). Ook schandjongen. Daar zal geen hoer zijn onder de dochteren Israëls en daar zal geen schandjongen zijn onder de zonen Israëls. (Deuteronomium 23:17). |
schieten, Vlaams voor spuiten, klaarkomen. Meer nog dan de zo langdurige angst voor onvermogen me al die jaren had opgehitst, maakte nu de gedachte dat ik kon schieten me onverzadigbaar. (Rosseels, 1981). |
schijtscène, seksspel met uitwerpselen. De kleurtjes (van zakdoeken) duiden aan watje precies verlangt: donkerblauw staat voor kontneuken, lichtblauw voor pijpen. Geel betekent pisseks, en bruin schijtscènes; in New York heb je trouwens een bar waar je binnengaat en dan kan je op de mensen beneden in een soort kuip je gevoeg doen, een rare ervaring hoor. (De Wit, 1982:69). Zie poepseks. |
schoonmanneke, Vlaams voor prostitué. Ik herinner mij nog een madam die ons de naam noemde van een der talloze cafés waar men destijds nog de schoonmannekens kon vinden, en hoe ze daar, met klakkende tong aan toevoegde: Ah, là vous trouverez de la dentelle! (Last, 1966:173).
|
| |
| |
Letterlijke vertaling van het Franse ‘beau garçon’. In het Vlaams betekent ‘schoonmanneke spelen’, vleien, in 't gevlij trachten te komen. |
schrijfmachine met één letter, homo die monogaam leeft. Kom kom, ik ben heel wat vaker derdegraads verliefd geweest dan jij maar dat is nog geen reden om me te gedragen als een schrijfmachine met één letter. Onbekend maakt bemind bij mij. (Van Manen, 1984). |
schuifster, verouderde term voor lesbienne. Zie schuiven. |
schuiven, seksueel verkeer tussen twee vrouwen. Ook schuiffie schuiffie. (Warmerdam, 1987:171). |
schuren, door tegen elkaar te rijen en te wrijven tot een orgasme komen. Zie schuurmeid. |
schuurmeid, Surinaamse term voor lesbienne. Er zijn maar heel weinig vrouwen die er gewoon openlijk vooruit komen. Je wordt nageroepen; ‘schuurmeid’ noemen ze je. (Hoe doen ze het nou?, 1981). Van schuren. In het Sranang, de taal van de Creoolse volksklasse in Suriname, wordt de meest intense seksuele handeling van twee vrouwelijke partners aangeduid met ‘grietie’, dat wrijven betekent (Van Lier, 1986). Zie rijen en tribade. |
seropositief, besmet met het Aidsvirus, maar nog niet ziek. Mijn nieuwe vriendje, op wie ik in januari van dit jaar smoorverliefd ben geworden, is seropostief. (Vrijbeeld, juni 1987). Als je Nijmegen zou ommuren, en tien seropositieven zou binnenlaten, zou er heel wat meer kabaal komen. (NRC Handelsblad, 29.1.1988:18). |
slaaf, onderdanige partner in sado-masochistisch rollenspel. Dan ontdek ik een jongeman die aan zijn voeten ligt. Ook in het leer. Om zijn nek draagt hij een band. Gedurig likt hij de hand van de man naast mij, die hem volkomen negeert. Ik kijk blijkbaar verbaasd. ‘Dit is mijn slaaf’, zegt hij glimlachend. (Haagse Post 3.1.1981). Zie meester. |
| |
| |
slabak, in de slabak uitlikken, kontlikken. |
sleutelhanger, klein jongetje. |
sling, hangmat die wordt gebruikt bij vuistneuken. Hij wil opnieuw in de sling. Deze heer staan er een stuk of vijftien kerels te kijken en te trekken terwijl ik zijn diepten peil, eerst met mijn ene hand alleen, dan ook met twee, drie, vier vingers van de andere. (Marcus, 1984:90). Als je de trap af gaat kom je in de SM-kelder waar 'leren slings beschikhaar zijn om de partner in te hangen en volgens de regels van het spel liefdevol te kwellen. (Haagse Post, 6.12.1986:24). Engelstalige term die letterlijk ‘draagband’ betekent. |
slingroom, ruimte in café waar de sling hangt. Als ik eerlijk hen hoe zou ik 't dan vinden als deze kerels mij ineens vastgrepen en aan zo'n marteling in de slingroom onderwierpen? (Haagse Post, 6.12.86:43). |
sluitspier, in de uitdrukking het is sluitspieren-weer, het is gemeen, koud, weer. |
sm, afkorting van sado-masochisme (zie aldaar). Het enige gevaar dat er eigenlijk is, is dat je met SM wel weet waar je begint, maar niet zo direct waar je eindigt. Je begint bijvoorbeeld met neuken, dan vuistneuken, voetneuken, ... en altijd maar meer, steeds andere, nieuwere dingen. (De Wit, 1982:61). Van de Franse auteur Markies de Sade en de Duitse auteur Leopold von Sacher-Masoch. |
sodomie, eeuwenlang de benaming voor homoseksueel gedrag. In de achttiende eeuw vernauwde de juridische betekenis tot het penetreren van de anus én ejaculatie. Een en ander leidt (in de achttiende eeuw) vaak tot de nodige spraakverwarring omdat de betrokkenen zelf alles sodomie noemen, totdat ze in de gaten krijgen dat ze (voor de rechter) hun leven kunnen redden door een onderscheid te maken tussen sodomie en andere ‘vuyligheden’. (Van der Meer, 1884:18).
Sodomie komt van Sodom, de stad waar Lot, uit het bijbelboek Genesis, zich gevestigd had. Op een
|
| |
| |
avond had Lot twee gasten. Terwijl hij het eten bereidde, omsingelden de mannen van Sodom zijn huis. ‘Waar zijn de mannen, die vannacht bij u gekomen zijn? Breng hen bij ons buiten, opdat wij met hen gemeenschap hebben’, riepen ze. Lot weigerde en zijn twee gasten, engelen in vermomming, snelden hem te hulp. Ze maakten de aanvallers blind en waarschuwden Lot om met zijn familie de stad te verlaten en niet om te kijken. ‘Toen liet de Here zwavel en vuur op Sodom en Gomorra regenen.’ Lots vrouw keek over haar schouder en veranderde prompt in een zoutpilaar. (Genesis 19:1-29). |
sodomiet, homo. Ook sodemieter. Van Sodomieter, een inwoner van de bijbelse stad Sodom. Zie sodomie. |
sodomieteren, homoseksualiteit bedrijven (Endt, 1974). |
soixante-neuf, wederzijds pijpen en kontlikken. Lewedorp koos meestal voor het gulden midden en lag daar ook nu, na enkele bejaarden van zich te hebben afgetrapt en zelf door twee of drie jeugdiger figuren te zijn weggeslagen, vrij spoedig in de soixante-neuf houding met een tanig type, dat op enkele gevoelige visuele en tactiele punten zijn ideaalbeeld van mannelijk schoon niet al te zwaar beledigde. (Vleugel 1985:43). |
speeldier, troetelnaampje voor sekspartner. Het wordt al flink koud in de wagen, maar het kleine, vermoeide speeldier snurkt zacht en tevreden. (Rosseels, 1981). |
speelkamer, ruimte met attributen voor sm-spel. Zie martelkamer. |
spuiten, klaarkomen. Gebrek aan routine, begrijp je, met een vent spuit je maar wat in het rond. (Venema, 1972:47). |
staart, penis. Want onbegrijpelijk groot zijn al Uw werken: Gij, die het wezen gemaakt hebt dat van achteren
|
| |
| |
een kut en van voren een staart heeft. (Reve, 1987:47). Ook in het Frans heeft staart (‘queue’) deze betekenis. |
standje Hollenkamp, triootje (zie aldaar). Afgeleid, aldus Endt (1974) van het vroegere reclameembleem van de firma Hollenkamp: drie aaneengesloten gestileerde mannetjes. |
steekvlees, penis. Toch bleek weldra dat hij liever tegen mijn tong aan verbleef met naar kamfer ruikend steekvlees van plusminus 11 centimeter, wat hem tot bevrediging bracht. (Moonen, 1978:164). |
steel, lul. Wij zijn de homoseksuelen, wij hebben poep aan onze stelen. Korte ‘smartlap’ van homohaters. |
stekkenek, ‘enge’ homo, d'r is niks aan, ‘n ‘hol’ persoon. |
stofzuiger, jongen die klant of partner graag pijpt. Mijn klantenkring brokkelde af. Toen moest ik weer gaan staan, in dat ellendige zomerseizoen met al die duitse jongens met strafblad, halve blonde stofzuigers met van die grote smoelen. (Hoerenjongen in Bullinga, 1982:125). |
stok, in op een stok steunen, bijbels eufemisme, meent Horner, voor een homo, of voor iemand die masturbeert. Moge er nooit in het huis van Jaob iemand ontbreken, die een vloeiing heeft, melaats is, op een stok moet steunen, door het zwaard valt of broodsgebrek heeft. (II Samuël 3:29). Op een stok steunen is een nogal onzekere vertaling van het oorspronkelijke Hebreeuws, aldus Horner. De Engelsen spreken over ‘who holds a spindle’, dat wil zeggen iemand die spint of weeft, een vrouwelijke activiteit. (Horner 1975:96). |
strak, in strak zonder bukken, nog jonge homo. |
strik, in zo'n strik in zijn haar, zo'n pik. |
strontridder, scheldwoord. Zo strontridders, waren de potencafés in Peking gesloten? (Büch, 1986). Ook strontstekker en strontstamper. Volgens Endt is
|
| |
| |
strontridder of stontvrijer ook een technische vakterm onder prostituées om een man aan te duiden die zijn seksuele lust beleeft aan excrementen of het produceren daarvan. |
stuk, mannelijk type homo en nog mooi ook. Analoog aan seksueel aantrekkelijk, goed geproportioneerd meisje. |
subcultuur, homowereldje, een groep homo's of lesbiennes met een gemeenschappelijke interesse, bij voorbeeld de leernichten, motorpotten. Meer in het bijzonder alle specifieke mogelijkheden om homoseksuele contacten te leggen en alle uitingen van homoseksuelen onderling. (Koenders, 1984:8). |
subjectief geïnteresseerd, verouderde aanduiding van de ene homo voor de andere (Warmerdam, 1987:135). Zie objectief geïnteresseerd. |
|
|