| |
| |
| |
C
carrièrehomo, homo die homoseksualiteit benut om carrière te maken, beroepshomo. Een van de eerste die daaronder is bezweken is humanistenvoorzitter Rob Tielman, tevens een hanige carrièrehomo en leider van een onderzoek naar de sociale oorzaken van AIDS. (Kellendonk in de Haagse Post, 28.2.1987). |
catamiet, verouderd, bijbels woord voor schandjongen. Verbastering van Ganymedes, de schone jongeling uit de Griekse mythologie. |
christenflikker, homoseksuele gelovige. ‘Ik ben een christenflikker,’ antwoordde de priester verheugd. (Büch, 1986). Ook christenhomo. (Elseviers magazine, 1.3.1986). |
club, in lid van de club, homoseksueel. Een jongen die zijn ogen opmaakt is niet noodzakelijkerwijs lid van de club; de rage van oorknop en herenpermanentje teistert allerlei geaardheden. (NRC Handelsblad, 27.6.1984). |
clysma, het schoonspoelen van de endeldarm voor anaal verkeer. Inmiddels hebben sommige sauna's en flikkerhuishoudens slangen aan de waterleiding; ze vergemakkelijken het clysma. (Coester, 1984:20). |
COC, C.O.C., belangenvereniging van homoseksuelen; een afkorting van Cultuur- en Ontspanningscentrum. Oorsprong ligt in de naam van de voorloper van het COC: de Wetenschappelijk Culturele en Ontspanningsvereniging Shakespeare Club. Zie tante Kok. |
| |
| |
cockring, metalen ring of leren band die om de ballen en de penis of alleen om de ballen wordt geschoven. Cockringen worden gebruikt om de pik groter te laten lijken en om de erectie te vergemakkelijken of te ondersteunen. (Coester, 1984:41). Heestermans (1977) vermeldt neukring en citeert uit Ik Jan Cremer: In Port Said een neukring gekocht: een leren ring met haartjes en leren knoppen. Reinsma (1975) vermeldt geiteoog, behaarde leren ring die men tot meerdere prikkeling over de penis schuift. |
coming out, openlijk als een homo gaan leven. Zie uitkomen. |
condoom, cilinderachtig slurfje van dun rubber, voorbehoedmiddel dat door homo's ooit geassocieerd werd met heteroseks, maar inmiddels geaccepteerd is als middel om kans op besmetting met het Aidsvirus te verminderen. Genoemd naar de zeventiende-eeuwse Engelse arts en uitvinder ervan Conton of Condom. Mogelijk ook afgeleid van het Latijnse condus, dat vergaarbakje betekent. Speciale homocondooms zijn Gay-Safe en Duo. |
condoomneuken, neuken met een condoom, zoals de veilig vrijen campagne adviseert. Hij legde meer dan gezonde belangstelling aan de dag voor wat zich in de hokjes afspeelde, schrok ook een paar keer van de taferelen die hij er aantrof (was het wel condoom-neuken wat hij zag?) en opeens, dat type dat daar wijdbeens met zijn apparaat lag te spelen, was dat niet de verloren gewaande cowboy uit de Amstel Taveerne? (Haagse Post, 6.12.86:42). |
contact, bedoeld wordt seksueel contact. In de sauna heb ik soms vijftien tot twintig contacten op een avond. |
correspondentievriend, bedekte term voor partner in bij voorbeeld een contactadvertentie; verouderd. Ook reisgenoot. |
crimen nefandum, homoseksualiteit, misdaad tegen de zedelijke moraal. Zie zonde. |
| |
| |
cruisen, op de versiertoer zijn, spreek uit: kroesen. Het was een gecruis van jewelste. Stanley, die in Maastricht ook wel eens in de sauna was geweest, kende dit soort bedrijvigheid wel en vond het over het algemeen nogal gênant. (Haagse Post, 6.12.1986:42). Zie kruisen. |
|
|