Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Tot lering en vermaak (1976)

Informatie terzijde

Titelpagina van Tot lering en vermaak
Afbeelding van Tot lering en vermaakToon afbeelding van titelpagina van Tot lering en vermaak

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (21.91 MB)

XML (0.54 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/kunstgeschiedenis


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Tot lering en vermaak

(1976)–E. de Jongh–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Betekenissen van Hollandse genrevoorstellingen uit de zeventiende eeuw


Vorige Volgende
[pagina 244]
[p. 244]


illustratie

[pagina 245]
[p. 245]

64 Jan Steen
Leiden 1626-1679 Leiden

Hert ochtendtoilet
Paneel, 37 × 27,5 cm. Gesigneerd
Amsterdam, Rijksmuseum

Dit schilderij kan met twee andere werken van Steen en met een aan Adriaen van de Venne toegeschreven paneel, tot één iconografische groep worden gerekend.Ga naar eind1 Op drie van deze schilderijen is een jonge vrouw uitgebeeld die, zittend op een bed, bezig is een kous aan of uit te trekken (afb. 64a);Ga naar eind2 het vierde stelt een meisje voor dat bij het fluitspel van een faunachtige man, op een terras een rode kous zit te stoppen (afb. 64b).Ga naar eind3 In al deze gevallen draait het om de dubbelzinnigheid van het woord kous, dat in een nevenbetekenis het vrouwelijk schaamdeel of de vrouw in het algemeen aanduidt.Ga naar eind4

Bezien we Steens beide schilderijen van het meisje op het bed in samenhang met de zogenaamde Van de Venne, waar hetzelfde beeldgrapje met meer nadruk is gelanceerd, dan krijgen we een duidelijker inzicht in Steens bedoelingen. Ook met het beeld van het kousenstoppende meisje deed Steen een beroep op het associatievermogen van zijn tijdgenoten. Het heeft rechtstreeks betrekking op een obscene 17de eeuwse uitdrukking als ‘haer kousen doen lappen’ (of ‘naeyen’, ‘rijgen’). Zo schrijft de beruchte dichter Mattheus Gansneb Tengnagel ergens over een meisje dat zich door een ‘knipluys’ (kleermaker) had laten verleiden:Ga naar eind5

 
En het sou haer licht beklappen [verraden],
 
Alsse voor haer Iuffer [mevrouw] staet,
 
Dat's haer kousen had doen lappen
 
Met een Naeltjen sonder draet.

Het stuk in Buckingham Palace en dat in het Rijksmuseum zijn onderling zeer verwant. Het eerstgenoemde is 1663 gedateerd en onderscheidt zich iconografisch vooral door een grotere detaillering. Zo heeft het op de voorgrond een ‘memento mori’ in de vorm van een luit, een muziekboek en omkranste schedel. De erotische betekenis van beide schilderijen wordt mogelijk gecompleteerd door het natuurlijk aandoende bijwerk: het hondje, de sloffen, de kandelaar en de nachtpot.Ga naar eind6 Dat de po op het Amsterdamse schilderij halfvol staat, zou ook nog een bepaalde reden kunnen hebben. Misschien wilde Steen het meisje kwalificeren als een ‘piskousje’, een benaming voor vrouwen die vaak schertsenderwijs werd gebruikt en veelvuldig voorkomt in de 17de eeuwse literatuur.Ga naar eind7



illustratie
64a Jan Steen, Het ochtendtoilet. Londen, Buckingham Palace




illustratie
64b Jan Steen, De rode kous. Amsterdam, verz. I.M.L.-P.


eind1
Zie voor het aan Van de Venne toegeschreven werk, cat. nr. 68.
eind2
De jonge vrouw op Het ochtendtoilet uit het Rijksmuseum trekt haar kous waarschijnlijk uit, gezien de wijze waarop zij de handeling verricht en de afdrukken van haar kousebanden.
eind3
Zie De Jongh 1971, 175.
eind4
Zie voor de geïmpliceerde problematiek, cat. nr. 68 (Van de Venne?).
eind5
Mattheus Gansneb Tengnagel, Alle werken ..., ingeleid door J.J. Oversteegen, Amsterdam 1969, 65.
eind6
Zie voor de sloffen, cat. nr. 68; voor het hondje, de kandelaar en de po: De Jongh 1968-69, 41-47.
eind7
WNT XII, i, 1975. Vgl. bijv. [Jeroen Jeroense], Koddige en ernstige opschriften ... I, Amsterdam 1698, 45.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

auteurs

  • Jan Baptist Bedaux

  • P.A. Hecht

  • Jeroen Stumpel

  • Rik Vos

  • Jochen Becker