Tot lering en vermaak
(1976)–E. de Jongh– Auteursrechtelijk beschermdBetekenissen van Hollandse genrevoorstellingen uit de zeventiende eeuw
[pagina 100]
| |
[pagina 101]
| |
20 Karel Dujardin
| |
[pagina 102]
| |
(Fortuna) is afgeleid. De draperie die zich bolt als een zeil in de wind, het dobberen op zee en het moeilijk te bewaren evenwicht, behoren samen tot de vertrouwde iconografie van de onbestendige fortuin. Op haar beurt is Fortuna daarmee een erfgename van Venus. Deze laatste ziet men in de kunst van de oudheid en de latere verwerking daarvan zowel op een schelp gedragen en uit het zeeschuim geboren worden (de zogenaamde anaduomenè), als staande uitgebeeld op een bol die in zee drijft (de zogenaamde marina).Ga naar eind2 De overeenkomst tussen de homo bulla en Fortuna is evenwel van meer directe aard en zeker niet ingegeven door overwegingen betreffende de vorm alleen. Het is duidelijk dat het beeld van de wisselvalligheid van voorspoed en geluk, zoals dat door Fortuna wordt gepersonifieerd, moeiteloos kon worden ingezet ten behoeve van een christelijke moraal die herinnert aan de vergankelijkheid van het bestaan en vraagt om een deugdzaam leven. Een traditionele presentatie van Fortuna in Roemer Visschers Sinnepoppen krijgt dan ook als commentaar: ‘De menschen die booghen hoogh van [prijzen] de miltheydt van de goede Fortuyne: maer wat gheeftse? Rijckdom, eere en staet, diese in een ure of kleyne tijt weder wech neemt. Maer de Deughd is veel milder; want zy gheeft ghaven, die nimmermeer en beswijcken, als: Wijsheydt, matigheydt, langmoedigheydt, en een vernoeght ghemoet...’ (afb. 20a).Ga naar eind3 20b Jan Steen, De oestermaaltijd (detail). Askham Hall, Penrich, verz. Earl of Lonsdale
Dat is ook precies wat Jan Steen ons voorhoudt in zijn Oestermaaltijd (afb. 20b), waarin het vrolijke gezelschap zich niets lijkt aan te trekken van de vermaning die de schilder op de schoorsteen heeft gezet. Daar staat een beeld van Fortuna, op een doodshoofd, met bol en al. Achter haar bevindt zich een schilderij met de leerzame tegenstelling van een schipbreuk naast scheepjes op kalme zee. De gehele schoorsteenpartij is geen eigen vinding maar overgenomen uit een Frans modelboek.Ga naar eind4 Dat het bij deze ontlening niet alleen ging om een handig citaat, blijkt wel uit de verandering die hetzelfde schoorsteenmodel onderging, toen Steen zich er opnieuw van bediende. Op zijn Soo gewonnen, soo verteert zette hij de Fortuin, overeenkomstig de voor- 20c Het Christuskind met de passiewerktuigen (ivoor). Londen, Victoria & Albert Museum
| |
[pagina 103]
| |
stelling van dat schilderij, welbewust op een teerling, aangepast aan het triktrakspel dat hier op de achtergrond wordt gespeeld.Ga naar eind5 Het lijkt niet waarschijnlijk dat Dujardin, zoals wel is verondersteld, bij zijn vormgeving van de Homo bulla niet alleen aan de Fortuin heeft gedacht, die goed in deze context past, maar ook aan voorstellingen van het triomferende Christuskind op de wereldbol.Ga naar eind6 Een contaminatie van Christus en Fortuna is vooral om redenen van inhoud twijfelachtig, hoewel zelfs daarvan voorbeelden in de 17de eeuw te vinden zijn. Een ivoortje uit Portugees overzees gebied (afb. 20c) geeft de Verlosser te water te zien, met een echt Fortuna-zeil, waarbij niet zeker is of dit werkje beschouwd moet worden als voorbeeld van koloniaal onbegrip, dan wel als curieus uitvloeisel van jezuïeten-emblematiek, die immers ook cupido in een jezuskind wist te transformeren. |
|