Ik ben een echt genie. De briefwisseling van Max de Jong en Hans van Straten 1942-1951
(2014)–Max de Jong, Hans van Straten– Auteursrechtelijk beschermdAmsterdam, ca. 4 augustus 1947Beste Hans,
Ja, je informaties aangaande Criterium kloppen volkomen met de mijne! Wat Hermans aangaat, laat niemand mijn brieven lezen en citeer mij ook niet, maar neem de volgende praemissen van mij over en handel er naar. Hermans ís een van onze belangwekkendste auteurs. Als auteur hoort hij aan ieder goed tijdschrift deel te nemen, als redactielid is hij de pest voor het hele literaire leven. Hij mist in een mate waarin dat nog nooit vertoond is iedere grein sportiviteit. De acte gratuïte kent hij niet, spontaniteit is hem ten enen male vreemd. Hij mist eenvoudig honnêteté en is door en door een plebejer. In andere periodes was de literatuur altijd een gezellig gekrioel van begaafde en minder begaafde kunstbroeders. Let bijvoorbeeld op de aandoenlijk neerbuigende sympathie van Du Perron voor Antonie Donker. Zo iets is Hermans vreemd. Zijn polemische scherpte doet hem van ieder de Achilleshiel vinden, zijn bijbedoelingen maken deze scherpte in wezen waardeloos. Lik naar boven en trap naar onder.Ga naar eind1 Als mensen als jij of ik zich dreigen te ontplooien reageert Hermans op de wijze van godverdomme alweer een. Dat is mijn hypothese. Een dergelijke redacteur is er nog nooit geweest en mag er ook niet komen. Ze hebben hem er in Criterium ingehaald om zijn begaving en uitgegooid omdat hij onmogelijk was. Nu wil hij Podium in zijn onmogelijkheid laten trappen. Maar als hij er een jaar in zit,Ga naar eind2 zal hij in een gesprek met De Neve, waarin wederzijds zwaar getutoyeerd wordt, terloops opmerken dat de practische samenwerking met iemand die stottert toch wel bezwaarlijk is! Zo functionneert hij. Hij maakt van de literatuur een wielerwedstrijd, waarin eerst een kop gevormd wordt, en waarin men dan met allerlei doortraptheidjes op een | |
[pagina 102]
| |
gegeven moment uit die kop demarreert. Vind je niet, dat hij de tronie van een wielrenner heeft? Ik geef het tegen dit tempo bij voorbaat op, ik heb evenals Rilke het omgekeerde van tempo.Ga naar eind3 Zo. Dus Gomperts, die inderdaad een Ter Braak-epigoon is, gaat met een vriendje Criterium zijn stempel opdrukken. Die verdomde vriendjes - enfin, daarover heb ik je in verband met de aankleve van Fokke al het nodige gezegd. Dat Friese gezelschap leest niet, omdat het voor het examen moet werken, daarover zou feitelijk dus geen woord meer vuil gemaakt hoeven te worden. Criterium een Forum-tijdschrift en Podium een existentialistisch tijdschrift. Mag iemand als ik, die er een eigen aanleg op na houdt en niet aan de voorgeschreven modes meedoet in dit tijdsgewricht niet meer publiceren? Ik vrees het. Maar met Gomperts heb ik tenminste mijn liefde voor Shakespeare gemeen, al zal hij wel te aristocratisch zijn, om zich voor te kunnen stellen, dat iemand anders ook in Shakespeare kan zwelgen. Soit. Tegen Gomperts en Rodenko heb ik geen bezwaren en het smart me dat ze mij niet motten. En Fokke is voor mij een open vraag, ik wou dat hij hier zat en dat ik hem eens ontmoette. Zijn isolationistische politiek is me ook te veel ‘politiek’ en bevalt me daarom niet geheel. Maar van deze drie mensen veronderstel ik, dat ze niet lijden aan de animositeit waar Hermans ziek van gaat. Heb jij je noodzakelijke novellen intussen al af? En, o ja, schrijf me het adres van Achterberg even. Weet je, dat Achterberg mijn essays zo goed vond. Tot ziens,
Max.
Formuleringen uit deze brief vallen niet onder de auteurswet. |