‘Ei zet u hier te rusten,
Van elk blad kunt gij leeren
Het wonderwerk des Heeren,
Wilt uit dees Bloemkens lezen,
Dat niets blijft in zijn wezen,
't Is schijn en ijdle roem.
Want of des menschen leven
Schijnt heerlijk en verheven,
't Verstuift gelijk een bloem.’
d. p. pers, Bellerophon, bl. 107.