Dagboek van broeder Wouter Jacobsz (Gualtherus Jacobi Masius) prior van Stein. Amsterdam 1572-1578 en Montfoort 1578-1579. Deel 1
(1959)–Wouter Jacobsz– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 1]
| |
[30 Augustus - 31 December 1572.][Augustus]Nae die tijt dat dese stadt van Amstelredam ontsetGa naar voetnoot1 was, quaemen wederomGa naar margenoot+ verscheyde nieuwe maeren. Der werden eerst geseyt, dat Oudewater ende Dordrecht met Delft over waerenGa naar voetnoot2. Men hoerde tot ander tijden, datter Walen met practijck van tconincksGa naar voetnoot3 wegen in Dort waeren gebrocht. Wederom waeren der andere die van der Goude seyden, dat tsij daerbinnen tegen malcander gesmeten hadde ende dat Jan HeyGa naar voetnoot4 hadde geweestGa naar margenoot+ der catholiiken capiteyn. Maer eylacie, hoe breet ende hoe gemeen dese maren gespreyt werden, het worde onder de hant altijt wuytsteeck ende fabele. Van Leyden ghinc oeck open spraeck, dat sij an den graef BoshuGa naar voetnoot5Ga naar margenoot+ versocht hadden vier vaenderGa naar voetnoota knechten om den goesen daermede wuyt den stadt te weeren. Ende en hadde dat oeck gheen vervolch. Ende dese famen werden altemets vernieut, maer met wat te veranderen, omdat het nieuwe schijnen soude, maer vernamen noyt dattet waerachtich was. Hoepten evenwel dat het voirboden waeren van diergelijck doer Goods gracie metter waerachticheyt te vernemen. Ons lieve Heer doet in allen sijn gelieften. Opten dertichsten Augusti werden ons een brief vertoent, die tot AernemGa naar margenoot+ gescreven was. Dese hiel inne, dat verbij die stadt sekerlick gepasseert waeren seer veel oirlochvolcks in getale wel XIX duysent paerden ende | |
[pagina 2]
| |
meer als hondert vaendel voetknecht, daer men of meenden, dat in Hollant comen soude. |
|